Les 2 De medewerker sport en recreatie als toezichthouder

Les 2 De medewerker sport en recreatie als toezichthouder
Blz 12 t/m 32 
Opdracht 1-7-8-12-14
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
WelzijnMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Les 2 De medewerker sport en recreatie als toezichthouder
Blz 12 t/m 32 
Opdracht 1-7-8-12-14

Slide 1 - Diapositive

Toezichthouder 
Bij sportieve en recreatieve activiteiten houd je toezicht op de veiligheid van sporters of gasten en op het verantwoord gebruik van materialen en middelen en van de accommodatie. Sporters of gasten spreek je aan op ongepast en ongewenst gedrag en je stimuleert gewenst gedrag. Daarom observeer je gestructureerd en gericht. Toezicht houden kan iedereen. Maar goed toezicht houden en ernaar handelen, dat kunnen alleen professionals.

Slide 2 - Diapositive

Over welke eigenschappen moet een toezichthouder beschikken?

Slide 3 - Carte mentale

Opdracht 1 
Eigen ervaring als toezichthouder 

Slide 4 - Diapositive

Waarnemen

Slide 5 - Diapositive

Hoe meer ervaring je op doet met waarnemen, hoe meer je ziet.

Slide 6 - Diapositive

Test
Vlogens een oznrdeeok op een Eglnese uvinretsiet mkaat het neit uit in wlkee vloogdre de ltteers in een wrood saatn, het eigne wat blegnaijrk is is dat de eretse en de ltaatse ltteer op de jiutse patals saatn.
De rset van de ltteers mgoen wllikueirg gpletaast wdoren en je knut vrelvogens gwoeon lzeen wat er saatt. odmat we neit ekle ltteer op zcih lzeen maar het wrood als gheeel.

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

(Selectief) waarnemen
Iedereen neemt zijn omgeving op zijn eigen manier waar. Ook kun je niet alles tegelijk waarnemen.
Je neemt alleen waar wat voor jou op dat moment van belang is. Voorbeeld: voetbalwedstrijd

Slide 10 - Diapositive

Observeren
Je kunt dit selectieve waarnemen beïnvloeden door gericht waar te nemen. Je gaat met een vooropgezet plan aan de slag. Je hebt een doel. Dit noem je observeren.

opdracht 7 en 8 

Slide 11 - Diapositive

Werken met een observatieplan 
Opdracht 12: Filmpje peutergym 
Inhoud observatieplan:
  • Wie observeer je?
  • Wat observeer je?
  • Waarom observeer je?
  • Welke situatie observeer je?
  • Hoe observeer je?
  • Hoe verwerk je de gegevens?

Slide 12 - Diapositive

Observatiemethoden 

Opdracht 14: 
Gestructureerd observeren: met een bepaald doel
Niet-gestructureerd observeren: zonder doel 
Participerend observeren: betrokken bij de situatie
Niet-participerend observeren: zoveel mogelijk op afstand
Wat je kiest is afhankelijk van de situatie. 

Slide 13 - Diapositive

Opdrachten maken
Blz 12 t/m 32
Opdracht 1-7-8-12-14

Slide 14 - Diapositive

opdacht 1 
Eigen ervaring als toezichthouder 

Slide 15 - Diapositive