2H H5 grammatica - voegwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Ik vertrouw die politicus niet, omdat hij al vaak gelogen heeft.

1. hoofdzin + hoofdzin
2. hoofdzin + bijzin

Jan ziet Elly achter het raam en Wieke ziet Jan op de fiets.

1. hoofdzin + hoofdzin
2. hoofdzin + bijzin

De tuin is nat, doordat het geregend heeft.

1. hoofdzin + hoofzin
2. hoofdzin + bijzin

Het meisje slaat haar zusje en zij stompt haar broertje, omdat ze stom doen.

1. hoofdzin + hoofdzin + hoofdzin
2. hoofdzin + hoofdzin + bijzin
3. hoofdzin + bijzin + bijzin

Voegwoorden

Wat is het voegwoord in de volgende zin?
Vroeger laadden ze een accu niet op, maar gooiden ze hem weg.

1. vroeger
2. laadden op
3. gooiden weg
4. maar

'maar' is een

1. nevenschikkend voegwoord
2. onderschikkend voegwoord

Toen de waterleiding lekte, dichtten wij het gat met plakband.
Het voegwoord is:

1. Toen
2. lekte
3. dichtten
4. met

'Toen' is een

1. nevenschikkend voegwoord
2. onderschikkend voegwoord

Ons bedrijf zal alles onderzoeken, zodat de problemen verholpen worden.
Schrijf het voegwoord op.

'zodat' is een

1. nevenschikkend voegwoord
2. onderschikkend voegwoord

Onderschikkende voegwoorden verbinden gelijkwaardige zinnen.

1. waar
2. niet waar

Vragen

H5 Grammatica - woordsoorten

voegwoorden blz 158 ev.

Maken opdracht 1, 2, 4 en 5