ARGO thema 5.6 αυτος

αὐτος in alle soorten en maten
ARGO 5.6
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

αὐτος in alle soorten en maten
ARGO 5.6

Slide 1 - Diapositive

In deze lessonup
Herhaal je de pers. vnw. 3e ev en mv

Leer je hoe je een vorm van αὐτος moet vertalen als het bijvoeglijk gebruikt is

Slide 2 - Diapositive

Herhaling
Vormen van αὐτος worden gebruikt als pers. vnw. in de 3e persoon. 
Het congrueert dan niet, het is zelfstandig gebruikt.
Het staat nooit in de nominativus, want dat is onnodig.
Voorbeelden: 
ἡ γυνη αὐτην βλεπει.
αὐτην βλεπει.

Slide 3 - Diapositive

geef naamval, getal en geslacht van
αὐτοις
A
dat.mv.m.
B
acc.mv.m.
C
dat.ev.o.
D
dat.mv.o.

Slide 4 - Quiz

geef naamval, getal en geslacht van
αὐτας
A
gen.ev.v
B
acc.ev.v.
C
acc.mv.v
D
acc.mv.o

Slide 5 - Quiz

geef naamval, getal en geslacht van
αὐτο
A
acc.ev.o
B
gen.ev.m
C
gen.mv.o
D
acc.mv.o

Slide 6 - Quiz

mnl
vrl
onz
αὐτού
αὐτούς
αὐτά
αὐταῖς
αὐτῆς
αὐτό

Slide 7 - Question de remorquage

nom
gen
dat
acc
αὐτό
αὐτή
αὐτοῖς
αὐτόν
αὐτῇ
αὐτῆς

Slide 8 - Question de remorquage

Vertaal: ὁ ἀνηρ αὐτον βλεπει

Slide 9 - Question ouverte

Vertaal: ὁ ἀνηρ αὐτας βλεπει

Slide 10 - Question ouverte

Vertaal: ὁ ἀνηρ αὐτης ἀκουει

Slide 11 - Question ouverte

Als αὐτός als pers. vnw. wordt gebruikt, in welke naamval staat αὐτός dan NOOIT?
A
nom
B
gen
C
dat
D
acc

Slide 12 - Quiz

Het hele rijtje

Slide 13 - Diapositive

αὐτὸς bijvoeglijk gebruikt
Twee opties: 
- αὐτὸς betekent zelf
ὁ ἀνηρ αὐτὸς de man zelf

- αὐτὸς met lidwoord ervoor: betekent dezelfde/hetzelfde 
ὁ αὐτὸς ἀνηρ dezelfde man

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Hoe vertaal je αὐτον in de volgende zin:
Σὺ αὐτον καλεῖς?
A
hem
B
haar
C
hem zelf
D
dezelfde

Slide 16 - Quiz

Hoe vertaal je αὐτῆς in de volgende zin:
Ἡ φωνὴ τῆς Ἀριάδνης αὐτῆς ἐστίν?
A
van Ariadne
B
van dezelfde Ariadne
C
van Ariadne zelf
D
van haar, van Ariadne

Slide 17 - Quiz

Hoe vertaal je αὐτὸς in de volgende zin:

Ὁ αὐτὸς Θησεὺς τὸν Μινώταυρον ἀπέκτεινεν.?
A
Dezelfde Theseus
B
Theseus zelf
C
dezelfde Minotaurus
D
de Minotaurus zelf

Slide 18 - Quiz

Als αὐτὸς bijvoeglijk wordt gebruikt, congrueert het altijd.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quiz

Ik snap hoe αὐτὸς werkt.
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Sondage