Studieles Y1 - much / many / a lot of / whose / possessive 's


USA
Studieles Engels klas 1
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon


USA
Studieles Engels klas 1

Slide 1 - Diapositive

In de studieles vandaag

Much / many / a lot of

Me / my / mine

Whose / possessive 's


Slide 2 - Diapositive

Much / Many / A lot of
Many:
Voor woorden die je kunt tellen zoals: apples, cars, laptops, books

Much:
Voor woorden die je niet kunt tellen (hebben geen meervoud):
Sugar, tea, money, time, water
Je kunt hier geen getal voor zetten.

Slide 3 - Diapositive

Jane hasn't got [ ... ] time.
A
much
B
many

Slide 4 - Quiz

Do you know [ ... ] words in English?
A
much
B
many

Slide 5 - Quiz

He didn't eat [ ... ] meat.
A
much
B
many

Slide 6 - Quiz

There isn't [ ... ] butter in the fridge.
A
much
B
many

Slide 7 - Quiz

How [ ... ] eggs did the hens lay?
A
much
B
many

Slide 8 - Quiz

Samantha has as [ ... ] money as Bruce.
A
much
B
many

Slide 9 - Quiz

How [ ... ] lessons do you have on Mondays?
A
much
B
many

Slide 10 - Quiz

There was too [ ... ] noise in the streets.
A
much
B
many

Slide 11 - Quiz

I cannot see [ ... ] stars in the night sky.
A
much
B
many

Slide 12 - Quiz

My / Mine - possessive
First a song

-->

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

My / Mine - possessive

Slide 15 - Diapositive

That book belongs to me.
It's [ ... ] book.
A
my
B
mine

Slide 16 - Quiz

That laptop belongs to me.
It's [ ... ] .
A
my
B
mine

Slide 17 - Quiz

This pen belongs to miss de Blocq.
It's [ ... ].
A
her
B
hers

Slide 18 - Quiz

This pen belongs to miss de Blocq.
It's [ ... ] pen.
A
her
B
hers

Slide 19 - Quiz

We live in that house.
It is [ ... ] house.
A
our
B
ours

Slide 20 - Quiz

We live in that house.
It is [ ... ].
A
our
B
ours

Slide 21 - Quiz

Whose & who's
Onthoud goed:
who's is een afkorting voor who is of who has.

Whose is voor bezit - wiens
Whose puppy is it?

Slide 22 - Diapositive

Possessive ‘s
Als je wilt zeggen dat iets van iemand is, gebruik je in het Engels de bezits-s ook wel apostrof ’s genoemd:
 
That is my friend’s book.  Dat is het boek van mijn vriend(in).
These are Vincent’s sisters.  Dit zijn Vincents zussen.
Are you Susan’s sister?  Ben jij de zus van Susan?
The dog’s tail  De staart van de hond.
My class’s teacher is nice.  De leraar van mijn klas is aardig.
The men’s toilet is disgusting.  Het toilet van de heren/het herentoilet is smerig.
These are the children's toys.

Slide 23 - Diapositive

Let op!
Bij meervoudsvormen die eindigen op een “s” schrijf je alleen een apostrof ‘.
My parents car  de auto van mijn ouders.
The girls coats  de jassen van de meisjes.

Bij namen die eindigen op een "s", mag je kiezen of je 's of alleen een ' gebruikt.
Charles’s parents & Charles' parents betekenen dus allebei de ouders van Charles en zijn beiden goed.

(Officieel krijgen klassieke of religieuze namen die eindigen op een s alleen een '. )
Sophocles' plays are still performed today.
Maar dit hoef je nog niet te weten :-)

Slide 24 - Diapositive

Sarah is [ ... ] aunt. (Emily)

Slide 25 - Question ouverte

These are our [ ... ] cats. (friends)

Slide 26 - Question ouverte

Let's meet at [ ... ] for lunch. (Giovanni)

Slide 27 - Question ouverte

Did you read [ ... ] newspaper? (yesterday)

Slide 28 - Question ouverte

This is our [ ... ] car. (boss)

Slide 29 - Question ouverte

Zelf oefenen
Much / many / A lot of
Oefening 1
Oefening 2
Oefening 3

Vocab:

Om deze LessonUp terug te vinden kun je lid worden van de klas "Studieles"

Slide 30 - Diapositive