52. Thema 7, week 1 Les 2: Aanwijzend voornaamwoord

1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Welke aanwijzende voornaamwoorden horen bij het lidwoord
de

Slide 2 - Question ouverte

Welke aanwijzende voornaamwoorden horen bij het lidwoord
het

Slide 3 - Question ouverte

deze hond 
dit hondje
die hond
dat hondje
Als iets dicht bij je is gebruik je deze of dit.
Als iets verder van je is gebruik je die of dat.

Slide 4 - Diapositive

Waar zie ik 2 aanwijzend voornaamwoorden voor
DICHTBIJ.
A
Deze, Die
B
Dit, Dat
C
Dit, Deze
D
Die, Dat

Slide 5 - Quiz

Deze
Die

Slide 6 - Question de remorquage

Slide 7 - Question de remorquage

Slide 8 - Question de remorquage

Vul het juiste aanwijzend voornaamwoord in:

....paaseitje hier is veel groter dan dat eitje daar.
A
deze
B
dat
C
die
D
dit

Slide 9 - Quiz

Maak zelf een zin met een aanwijzend voornaamwoord.

Slide 10 - Question ouverte