Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
proefwerk H4 Ongelijkheid
het proefwerk gaat over 4.1 t/m 4.5
In SOM staan Leertips (met ook filmpjes )
In SOM staat de handout
Leer de handout goed samen met je aantekeningen
Het proefwerk is deze keer op papier (dus.... )
Slide 1 - Diapositive
we kunnen als we kijken naar welvaart, de landen verdelen in drie groepen. welke drie zijn dat? (ken je ook de moeilijke naam? )
antwoord
koplopers (centrum landen )
volgers
achterblijvers (periferie)
Slide 2 - Question ouverte
laat de diagram nu de beroepsbevolking van een arm of een rijk land zien?
A
een arm land
B
een rijk land
C
geen idee
D
een centrumland
Slide 3 - Quiz
Welke van de 2 landen is het rijke land/ het centrum land?
A
land 1 is rijk
B
land 2 is rijk
C
land 1 en 2 zijn beide arm
Slide 4 - Quiz
wat betekent het als je onder de armoedegrens leeft?
antwoord
Als mensen minder dan 1,25 dollar per dag te besteden hebben, leven ze onder de armoedegrens
Als mensen niet in hun dagelijkse levensbehoeften kunnen voorzien
Slide 5 - Question ouverte
Waardoor zijn er in arme landen problemen met de gezondheidszorg?
antwoord
-slechte hygiene
-weinig schoon drinkwater
-geen geld voor medicijnen
-minder (en minder goed opgeleide ) artsen
-ondervoeding
-
Slide 6 - Question ouverte
kun je voorbeelden noemen van welvaartziektes?
antwoord
Ziekte die ontstaat omdat iemand welvarend is en daardoor bijvoorbeeld te dik is geworden.
bv. hart en vaatziekten/ diabetes (suikerziekte )
Slide 7 - Question ouverte
Slide 8 - Vidéo
wat gaan mensen in ontwikkelingslanden doen als ze geen werk hebben?
antwoord
zij gaan werken in de informele sector
Slide 9 - Question ouverte
Wat hebben onderwijs en gezonheidszorg met elkaar te maken?
antwoord
Als je meer onderwijs volgt hoeven ze vaak minder zwaar en gevaarlijk werk te doen en krijgen ze meer geld. Ze kunnen dan ook beter voor zichzelf zorgen.
Slide 10 - Question ouverte
Het beroep op deze foto hoort bij de informele sector. Welke kenmerken hebben deze beroepen?
antwoord
onzekere inkomsten
geen verzekering
niets wordt officieel opgeschreven (geen contract )
eenvoudig werk
Slide 11 - Question ouverte
Op de foto zie je plunderingen in een stad in Zuid-Afrika. Zuid-Afrika is één van de rijkste landen in Afrika, maar economisch krijgt het land nu harde klappen. Er heerst armoede en de werkloosheid is hoog. Welk begrip past het best hierbij?
A
formele sector
B
sociale ongelijkheid
C
regionale ongelijkheid
Slide 12 - Quiz
welke vorm van ongelijkheid zie je op het kaartje?
antwoord
je ziet verschillen tussen het ene gebied en het andere.
Dus; regionale ongelijkheid
Slide 13 - Question ouverte
Slide 14 - Vidéo
arme mensen hebben vaak geen toegang tot basisvoorzieningen, wat bedoelen we daar mee?