metrisch stelsel

Het voorvoegsel 'deci' betekent:
A
duizend
B
Duizendste
C
tiende
D
Tien
1 / 19
suivant
Slide 1: Quiz
naskVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Het voorvoegsel 'deci' betekent:
A
duizend
B
Duizendste
C
tiende
D
Tien

Slide 1 - Quiz

Welke factor hoort bij deca

A
0,1
B
10
C
100
D
0,01

Slide 2 - Quiz

Het voorvoegsel 'hecto' betekent
..............
A
1000
B
10
C
100
D
10 000

Slide 3 - Quiz

omrekenen
1cm=
A
0,1 m
B
100mm
C
100m
D
0,01 m

Slide 4 - Quiz

Omrekenen:
12 minuten = z
A
0,5 uur
B
0,2 uur
C
0,12 uur
D
0,72 uur

Slide 5 - Quiz

Omrekenen:

1000dm3staatgelijkaan....
A
1L
B
1m3
C
1000cL
D
100L

Slide 6 - Quiz

Omrekenen
200mm2 = cm2
A
20
B
2000
C
20000
D
2

Slide 7 - Quiz

Omrekenen: 7 hg is ...
A
70 dg
B
700 dg
C
7000 dg
D
70dag

Slide 8 - Quiz

Omrekenen:
25km3=.............dam3
A
2 500
B
25 000
C
25 000 000
D
25 000 000 000

Slide 9 - Quiz

Omrekenen:
240 liter =
A
0,240 m3
B
240 dm3
C
240cm3
D
24 m3

Slide 10 - Quiz

Omrekenen:
240 liter =
A
240.000 mL
B
240.000 cm3
C
24.000cm3
D
2400 mL

Slide 11 - Quiz

Omrekenen: 30 dam is....
A
300.000 mm
B
30.000 mm
C
3 mm
D
300 mm

Slide 12 - Quiz

Je kunt kilogram omrekenen naar gram. 5kg is

A
50 g
B
500 g
C
5000 g
D
50000 g

Slide 13 - Quiz

omrekenen:
50 mg= ...kg

A
0,5
B
500
C
0,05
D
5

Slide 14 - Quiz

Omrekenen:
1000 liter =
A
1 m3
B
1 000dm3
C
1.000.000 mL
D
1.000.000 cm3

Slide 15 - Quiz

Hoeveel vloeistof kan
in een tube van 100 ml?​


Tip: Je moet 'oversteken' van 'vloeibare inhoud' naar 'meetbare inhoud'

Tip: Maak niet de fout om te denken dat 1 cm3 gelijk is aan 1 cl​

Weten: Je kunt altijd oversteken van liters naar dm3 en van cm3 naar ml:
             km3 - hm3 - dam3 - m3   - dm3 - cm3 - mm3
             kl      - hl      - dal     - liter  - dl      - cl     - ml

hulp
Stap 1: Je moet omrekenen van 'meetbare inhoud' naar 'vloeibare inhoud
Stap 2: Je kunt alleen oversteken van dm3 naar liter OF van cm3 naar ml
hulp
cm3
A
100cm3
B
10cm3

Slide 16 - Quiz

Omrekenen
6,5 m2 =
A
65000cm2
B
650 dm2
C
650 cm2
D
6500 cm2

Slide 17 - Quiz

Lengte is een:
A
Grootheid
B
Eenheid
C
Voorvoegsel

Slide 18 - Quiz

Einde

Slide 19 - Diapositive