B3S Les 1-2-2023 video+questions

Startklaar
Ik heb mijn boeken en laptop bij mij en op tafel
Ik heb mijn tas op de grond
Ik heb mijn jas uit en over de stoel
Ik heb geen oortjes/koptelefoon in
Ik heb mijn telefoon in mijn jas/tas/broekzak
Ik eet en drink niet in de klas


1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 7 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Startklaar
Ik heb mijn boeken en laptop bij mij en op tafel
Ik heb mijn tas op de grond
Ik heb mijn jas uit en over de stoel
Ik heb geen oortjes/koptelefoon in
Ik heb mijn telefoon in mijn jas/tas/broekzak
Ik eet en drink niet in de klas


Slide 1 - Diapositive

Today's goals
Ik kan een kort filmpje bekijken en hier een aantal vragen over beantwoorden.

Ik kan een tekst lezen en hier vragen over beantwoorden.

Slide 2 - Diapositive

Kijk eerst een stukje film en beantwoord daarna de vraag/vragen.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Waarvan liet Julius Caesar de kalender afhangen?
A
Maan
B
Zon
C
Het weer
D
De zonsverduistering

Slide 5 - Quiz

Wat deed Paus Gregorius met Nieuwjaarsdag?
A
Ieder jaar op een andere dag gevierd
B
Iedere stad mocht zelf de dag bepalen
C
Nieuwjaar? Humbug!
D
Werd standaard op 1 januari gevierd

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Vidéo

Wat doen mensen in Spanje om Nieuwjaar te vieren?
A
Ze eten 12 eieren
B
Ze eten 12 koekjes
C
Ze eten 12 druiven
D
Ze eten 12 olijven

Slide 8 - Quiz

Wat doen ze op Times Square in New York om Nieuwjaar te vieren?
A
Ze laten een grote verlichte bal zakken
B
Ze ontsteken overal in de stad lichtjes
C
Ze eten oliebollen
D
Ze zingen het Amerikaanse volkslied

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Vidéo

Wat is/doet iemand die zich bezig houdt met 'counterfeiting'?
A
geld stelen
B
geld kopen
C
geld namaken
D
geld verzamelen

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Vidéo

Hoe kan iemand testen of het geld echt is?
A
met een sterk licht
B
met een pen, de kleur is dan paars
C
met een pen, de kleur is dan bruin
D
met een pen, de kleur is dan geel

Slide 13 - Quiz

Hoe kwamen ze bij de juiste papiersoort uit?
A
Ze hadden het gekocht bij een papiermaker
B
Ze markeerden per ongeluk het telefoonboek
C
Het papier van het telefoonboek gaf dezelfde klank af
D
Ze hadden het gevraagd aan iemand van de overheid

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Vidéo

Wat was er zo bijzonder aan het bedrijf dat de autoverf maakte?
A
Die maakte ook de verf voor de overheid
B
Die hadden die verf gekocht van de overheid
C
Die hadden de verf al nagemaakt
D
Dat bedrijf was van de overheid

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Vidéo

Waarom moet je een drukpers en geen printer gebruiken om geld na te maken?
A
Een printer werkt niet snel genoeg
B
Met de drukpers gaat je papier niet kapot
C
Met de printer kun je geen watermerk printen
D
Met de drukpers krijg je het juiste effect groen

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Vidéo

Welke mensen zochten ze vooral uit om niet teveel op te vallen bij het omwisselen van het geld?
A
oude mensen
B
slapende mensen
C
jonge mensen
D
rijke mensen

Slide 20 - Quiz