H5 - Oefenles van alles

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Wat betekent de afkorting: ha

1. hectare
2. meter
3. are
4. centimeter

Wat betekent hm2

1. een vierkante meter
2. een hectare
3. een vierkante hectare
4. een vierkante centimeter

Wat betekent een cm2?

1. Een centimeter
2. Een vierkante centimeter
3. Een milimeter
4. Een vierkante meter

Wat betekent een dm2

1. een deciliter
2. een vierkante meter
3. een vierkante decimeter
4. een decimeter

Wanneer je van een kleine oppervlakte naar een grote oppervlakte rekent:

1. gebruik je de formule l x b
2. deel je door 100
3. deel je net zo vaak door 100, totdat je bij de juiste stap bent
4. vermenigvuldig je met 100

De eenheid om oppervlakte aan te geven is:

1. b.v. een m2
2. een meter, centimeter of kilometer
3. een m3
4. lengte x breedte

Om de oppervlakte van een rechthoek te berekenen gebruik je de formule:

1. lengte x breedte
2. hoogte x diepte
3. tel je alle zijden bij elkaar op
4. lengte x breedte x 2

Om de omtrek van een figuur te berekenen gebruik je:

1. lengte x breedte
2. lengte x breedte : 2
3. straal x pie
4. alle zijden bij elkaar op tellen

De oppervlakte van een driehoek bereken je door:

1. 0.5 x lengte x breedte
2. diepte x 2
3. straal x lengte
4. alle zijden bij elkaar optellen

Een hoogtelijn loopt van uit een hoek naar de:

1. zelfde zijde
2. tegenovergestelde zijde
3. geen zijde
4. dezelfde hoek

Een hoogtelijn geeft:

1. de breedte van de driehoek aan
2. de hoogte van de driehoek aan
3. niets aan
4. geeft de hoek aan

Een hoogtelijn maakt altijd een:

1. rechte hoek met de tegenoverliggende zijde
2. staat er voor de lol
3. geeft de diepte van de driehoek aan
4. zorgt ervoor dat je een goede driehoek kan tekenen

De lijn die door het middel van een cirkel loopt heet de..

1. straal
2. pie
3. oppervlakte
4. diameter

De helft van de diameter is de:

1. straal
2. pie
3. halve diameter
4. cirkel

De straal loopt van:

1. links naar rechts
2. het midden naar de rand van de cirkel
3. nergens heen
4. rechts naar links

Om de omtrek van de cirkel te berekenen gebruik je de formule:

1. pie x diameter
2. pie x straal x diameter
3. pie x straal x pie
4. pie x 3,14

Om de oppervlakte van een cirkel te berekenen gebruik je de formule:

1. pie x diameter x diameter
2. pie x straal x straal
3. straal x diameter
4. 3,14 x 100