H7.3 Japan - Les 12: Talas raast over Japan


灯台
Tōdai
7.3 Talas raast over Japan
Nauwelijks vijf maanden na de tsunami werd Japan alweer getroffen door een nieuwe natuurramp. De tropische storm Talas raasde over het land.
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon


灯台
Tōdai
7.3 Talas raast over Japan
Nauwelijks vijf maanden na de tsunami werd Japan alweer getroffen door een nieuwe natuurramp. De tropische storm Talas raasde over het land.

Slide 1 - Diapositive

Wat moet je leren?
Je moet leren
• wat de menselijke, economische en landschappelijke gevolgen van orkanen zijn
• wat de kenmerken van een orkaan zijn
• wat het verband is tussen ontwikkelingspeil en de schade en het aantal slachtoffers van een orkaan

Opdrachten
• VAARDIGHEID B8 Dimensies
• B52 Wind
• B57 Orkaan

Begrippen
aardverschuiving, dimensie, evacueren, natuurramp, orkaan (hurricane, cycloon, tyfoon), schaal van Beaufort, tropen, tropische storm, tyfoon, wind


Slide 2 - Diapositive

B52 Wind 
  • wind = bewegende luchtmassa
  • Windkracht kun je meten per km/u. 
  • De kracht drukken we uit op de schaal van Beaufort (0 tot 12). 
  • Orkaan = Trop. storm met  windkracht 12 
  • Andere namen: tyfoon, cycloon en hurricane.

Slide 3 - Diapositive

Wind is een bewegende luchtmassa
Wind is een bewegende luchtmassa


Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

B57 ORKAAN
  • zware tropische storm 
  • met een minimale windkracht van 12 op de schaal van Beaufort 
  • ontstaat boven warm zeewater van minimaal 26,5 °C (einde zomer in de tropen)
  • doorsnede 500- 1500 km
  • duur 5 tot 10 dagen
  • namen: hurricane (V.S.), cycloon (Zuid-Azië en Australië en tyfoon (Oost-Azië)
  • iedere orkaan krijgt een naam

Slide 6 - Diapositive

Kenmerken orkaan
  1. Hele hoge windsnelheid (kunnen auto's meenemen)
  2. Zware regenval (veroorzaakt aardverschuivingen)
  3. De harde wind zorgt op zee voor hoge golven

Orkanen zorgen voor slachtoffers en schade.

Slide 7 - Diapositive

0

Slide 8 - Vidéo

Tropische storm Talas
Tropische storm geen orkaan.
Talas veroorzaakte:
  • Harde wind
  • Regenbuien en  Aardverschuivingen
  • Overstromingen
  • Hoge golven.

Slide 9 - Diapositive

Aardverschuivingen
Ontstaan door:
  1. veel neerslag in korte tijd
  2. bodem raakt doorweek
  3. ook wel modderstromen

  4. Veel schade:
  1. overstromingen
  2. ingestorte bruggen
  3. gebroken electriciteitskabels


Het plotseling naar beneden schuiven van grote hoeveelheden aarde.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Orkanen hebben gevolgen op verschillende vlakken:

Menselijke gevolgen

Economische gevolgen

Landschappelijke gevolgen

Slide 12 - Diapositive

B8 Dimensies
Bij aardrijkskunde kijken we altijd vanuit verschillende dimensies:
  • Fysisch (natuurlijke onderwerpen, zoals het klimaat of de bodem).
  • Sociaal-cultureel (Kenmerken van bewoners, bv talen, godsdiensten, leefomstandigheden)
  • Demografisch (het aantal mensen en de veranderingen daarin)
  • Economisch (geld verdienen en de werkgelegenheid)
  • Politiek (wie heeft het voor het zeggen)
Aan de hand van deze dimensies hebben we naar tegenstellingen in Nigeria gekeken. 

Slide 13 - Diapositive

Orkanen en ontwikkelingspeil
 Orkanen zorgen voor slachtoffers en schade.
  • slachtoffers en schade in Japan minder groot dan in andere landen.
  • reden: ontwikkelingspeil in Japan is hoog.
Arme landen hebben laag ontwikkelingspeil:
  • weinig geld voor bouw van veilige huizen en dijken
  • geen goede waarschuwingssystemen om gebied te evacueren
Een gebied verlaten, omdat het er niet meer veilig is.

Slide 14 - Diapositive

Een orkaan of een storm is een voorbeeld van een
A
endogene kracht
B
exogene kracht

Slide 15 - Quiz

Windkracht 5

Windkracht 7

Windkracht 9

Windkracht 11

Slide 16 - Question de remorquage

Test jezelf! Windkracht wordt gemeten op....
A
de Schaal van Richter
B
de Schaal van Beaufort
C
de Schaal van Mercalli
D
Saffir-Simpsonschaal

Slide 17 - Quiz

De Schaal van Beaufort gaat tot
A
windkracht 6
B
windkracht 8
C
windkracht 10
D
windkracht 12

Slide 18 - Quiz

Wat is verschil tussen een orkaan en een tyfoon?
A
een orkaan is krachtiger dan een tyfoon
B
een orkaan en een tyfoon draaien de andere kant op
C
een orkaan en een tyfoon vind je in andere delen van de wereld
D
een orkaan en een tyfoon meet je op een andere schaal

Slide 19 - Quiz

Een orkaan ontstaat boven land
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quiz

Wat gebeurt er wanneer een orkaan aan land komt?
A
de orkaan neemt in kracht toe
B
de orkaan verdwijnt direct
C
de orkaan zwakt af
D
de orkaan keert weer om richting zee

Slide 21 - Quiz

Een orkaan duurt
A
een paar minuten
B
een paar dagen

Slide 22 - Quiz

Vanaf welke windkracht (op de schaal van Beaufort) noemen we een tropische storm een orkaan?
A
8
B
3
C
12
D
11

Slide 23 - Quiz

Waarom veroorzaken orkanen en tornado's in andere landen van Azië vaak meer schade dan in Japan?
A
Het ontwikkelingspeil is in die landen lager
B
Het ontwikkelingspeil is in die landen hoger
C
De orkanen hebben daar een hogere windkracht
D
De orkanen hebben daar meer regenval

Slide 24 - Quiz