1MHa week 8 les 1 + 2

¡Bienvenidos a la clase de Español!
Meneer Gomez
Martes, Febrero 21 de 2023
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

¡Bienvenidos a la clase de Español!
Meneer Gomez
Martes, Febrero 21 de 2023

Slide 1 - Diapositive

Las reglas de salón de clases
 Huisregels
  1. Bij binnenkomst spullen op tafel: Boeken, pen en schrift.
  2. Geen mobieltjes in de klas
  3. Als ik praat, zijn jullie stil
  4. Steek je hand op als je iets wilt zeggen
  5. Niet aan elkaar of elkaars spullen zitten

Slide 2 - Diapositive

¿Qué vamos a hacer hoy? 
(Wat gaan we vandaag doen?)
- los adjetivos 
(bijvoeglijke naamwoorden)
- bespreken pleinwerk vorige week (werkblad adjetivos)
- mini quiz adjetivos
- Bron K - Frases clave
- Vocabulario la casa
- uitleg 'el álbum de mi familia'


Slide 3 - Diapositive

Objetivos (Leerdoelen)
Na deze les kun/ken je...
bijvoeglijke naamwoorden verbuigen

Slide 4 - Diapositive

Los adjetivos

De bijvoeglijke naamwoorden

Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Los adjetivos 

  • Bijvoeglijke naamwoorden staan in het Spaans bijna altijd achter het zelfstandig naamwoord
  • Bijvoeglijke naamwoorden richten zich naar het zelfstandig naamwoord waar ze bij staan (mannelijk/vrouwelijk/enkelvoud/meervoud)

Slide 7 - Diapositive

Los adjetivos 
Er zijn 3 groepen van bijvoeglijke naamwoorden:
- Grupo 1: eindigend op -o
- Grupo 2: eindigend op -a
- Grupo 3: eindigend op andere letters

Slide 8 - Diapositive

Bijvoelijke naamwoorden - o
Página 32 - Bron J ( tekstboek)



Enkelvoud: Chico guapo - knappe/mooie jongen 
Meervoud: Chicos guapos
Enkelvoud: Chica guapa - knap/ mooi meisje
Meervoud: Chicas guapas 
 

Slide 9 - Diapositive

Anderr bijvoeglijke naamwoorden
Página 32 - Bron J ( tekstboek)





Enkelvoud: Libro interesante 
Meervoud: Libros interesantes
 

Slide 10 - Diapositive

LET OP!
Página 32 - Bron J ( tekstboek)




Rosa - Roze
Naranja - Oranje
Lila - Lila

Slide 11 - Diapositive

SO 1 unidad 1 (el jueves 20 de febrero)
SO 1: consiste de tres partes

70% = de SO
20% = monólogo 2 (a través de showbie)
10%= el examen de VMBO-TL


Slide 12 - Diapositive

Maak je klaar voor...
de mini quiz!
Entiendes todo? Begrijp je alles?
Vamos a ver!
Pak je pen en schrift erbij.

Slide 13 - Diapositive

Vul aan:
El plato ...
timer
0:20
A
rica
B
rico
C
ricos
D
ricas

Slide 14 - Quiz

Vul aan:
La profesora ...
timer
0:20
A
guapo
B
guape
C
guapa
D
guapas

Slide 15 - Quiz

Vul aan:
Los coches ...
timer
0:20
A
grandes
B
grandos
C
grande
D
grando

Slide 16 - Quiz

Vul aan:
las amigas ...
timer
0:20
A
guapos
B
guapa
C
guapas
D
guapes

Slide 17 - Quiz

Vul aan:
El hombre ...
timer
0:20
A
enferme
B
enferma
C
enfermes
D
enfermo

Slide 18 - Quiz

Vul aan:
Het bijvoeglijk naamwoord komt in het Spaans
meestal ............... het zelfstandig naamwoord.
A
voor
B
achter
C
onder
D
het bijv. nw. heeft niets met het znw. te maken

Slide 19 - Quiz

Vul de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord in:
El comedor ............ (pequeño)
La madre .......... (estricto)
Las casas .......... (bonito)
Los platos .......... (delicioso)
timer
1:00

Slide 20 - Diapositive

Vul de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord in:
El dormitorio .......... (naranja)
La televisión .......... (naranja)
Los coches .......... (naranja)
Las sillas .......... (naranja)
timer
1:00

Slide 21 - Diapositive

Vul de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord in:
El examen .......... (difícil)
La prueba .......... (difícil)
Los exámenes .......... (difícil)
Las pruebas .......... (difícil)
timer
1:00

Slide 22 - Diapositive

Vul de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord in:
El tío .......... (triste)
La abuela .......... (amable)
Los padres .......... (amable)
Las niñas .......... (triste)
timer
1:00

Slide 23 - Diapositive

BRON K

Slide 24 - Diapositive

¿ Cómo es tu casa?
¿Te gusta tu dormitorio?
¿Tienes pósteres en tu dormitorio?
Y, ¿dónde coméis?
¿Dónde está el cuarto de baño?
¿Hay un cuarto de invitados en tu casa?
Hoe zit jouw huis er uit?
Vind je jouw slaapkamer leuk?
Heb je posters op je kamer?
Waar is de badkamer?
Er waar eten jullie?
Is er een logeerkamer in jouw huis?

Slide 25 - Question de remorquage

Vocabulario la casa 
Página 86 ( Werkboek)
Open je boek en gaan samen oefenen!

Slide 26 - Diapositive

El álbum de mi familia
Maak een fotoalbum van je eigen familie

Slide 27 - Diapositive

El álbum de mi familia
Je hebt hier 4 weken de tijd voor.
- Paso 1: leer
Lees bron C + E en maak oef. 7
- Paso 2: hacer el álbum
Maak het fotoalbum van je eigen familie
- Paso 3: evaluación
Check of je alle onderdelen hebt uitgevoerd
- Paso 4: entregar el álbum
Lever het album in

Slide 28 - Diapositive




Yo me voy de vacaciones a España! 
¡Felices Vacaciones!

Slide 29 - Diapositive

¡Hasta la próxima clase!

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive