Lezen & Luisteren 2.1 In de praktijk: Informatieve teksten - Slaap-sms'en (lezen)

1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Centraal examen Lezen & Luisteren 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we vandaag doen?
  • Herhalen: type vragen bij het CE
  • Klassikaal oefenen: lezen van een informatieve tekst + vragen beantwoorden.
  • Zelfstandig aan de slag met informatieve teksten lezen + Examensprint.



Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Herhalen - de beste manier van leren
Leren leren

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  1. Welk spreekdoel past bij fragment 1?
  2. Voor welk publiek is fragmen t emaakt?
https://www.youtube.com/watch?v=bIQQZyjeHW0
1
4
Straks komen de dia's om de vragen te beantwoorden.

Slide 5 - Diapositive

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Welk spreekdoel past bij fragment 1?
A
informeren
B
overhalen/activeren
C
overtuigen
D
instrueren

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Voor welk publiek is fragment 1 gemaakt?
A
voor iedereen
B
vrouwen
C
mannen
D
jongeren

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

3. Bekijk nu fragment 2. Voor welk publiek is fragment 2 gemaakt?

Straks komt de dia om de vraag te beantwoorden.

Slide 8 - Diapositive

Hier beschrijf je de leerdoelen van deze les.

Voor welk publiek is fragment 2 gemaakt?
A
kinderen
B
vrouwen
C
mannen
D
jongeren

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een goede tekstopbouw heeft:
A
een inleiding en een slot
B
een titel
C
inleiding, middenstuk en slot
D
deelonderwerpen

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De tekstopbouw bestaat uit een driedeling.
Het slot bestaat vaak uit een samenvatting van de tekst.

Deze uitspraak is:
A
waar
B
niet waar
C
geen idee

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een hoofdgedachte is het antwoord op wat bereikt wordt met het tekstdoel.
A
Ja
B
Nee

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een hoofdgedachte is het antwoord op wat bereikt wordt met het tekstdoel.
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een hoofdgedachte is het antwoord op wat bereikt wordt met het tekstdoel.
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De hoofdgedachte wordt vaak in de conclusie herhaald of samengevat.
Klopt dit?
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
1:30

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Lees de inleiding
nauwkeurig.

Wat is de functie van de inleiding?
A
alleen de aandacht trekken
B
het onderwerp noemen
C
centrale vraag stellen
D
samenvatting geven

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het middenstuk
van een tekst is...
A
altijd aan het einde van een tekst
B
het kleinste gedeelte van een tekst
C
het grootste gedeelte van een tekst
D
bestaat altijd uit één klein stukje

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In het
middenstuk ......


A
wordt het belangrijkste uit een tekst herhaald
B
staat de meeste informatie
C
maak je kennis met het onderwerp van een tekst

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In het slot wordt......
A
het belangrijkste uit de tekst wordt herhaald
B
kennis gemaakt met het onderwerp van de tekst

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Even vooraf:
Welke signaalwoorden ken jij?

Slide 21 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions


 Om welk tekstverband gaat het hier?
 Ik kreeg een hapje en een drankje. 
A
reden
B
opsomming
C
oorzaak-gevolg
D
tegenstelling

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

 Opdracht 1: lees de tekst en beantwoord daarna vragen

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


 Welke twee signaalwoorden zitten er in zin 2?
A
ze - aan
B
aan - met
C
toen - haal
D
eerst - toen

Slide 24 - Quiz

EERST: volgorde
TOEN: tijd

  Om welk tekstverband gaat het in zin 2?
A
volgorde in tijd
B
opsomming
C
reden
D
conclusie

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Oefenen met lezen van
een INFORMATIEVE TEKST

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lezen & Luisteren 2.1 Informatieve teksten (lezen)
timer
8:00
Je krijgt de tekst van mij

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het onderwerp van deze tekst?
A
slaap-sms'en
B
een nieuw verschijnsel
C
raad van professor Elizabeth Dowell

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat voor soort tekst is dit?
A
nieuwsbericht
B
affiche/poster
C
folder

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het doel van de tekst?
A
Overhalen om 's nachts de smartphone uit te zetten.
B
Waarschuwen voor gebruik van gsm en smartphone.
C
Overtuigen dat een ongestoorde slaap belangrijk is.
D
Informatie geven over het verschijnsel slaapappen.

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke alinea wordt het belangrijkste nieuws samengevat?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent ‘slaappatroon’?
A
De vaste afwisseling van verschillende soorten slaap.
B
Je vast slaapgewoonte (Bedtijden, slaaphouding, enz.)
C
Dat je langdurig last hebt van een gebrek aan slaap.

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn volgens de professor de twee gevolgen van een verstoord slaappatroon (al. 4)?
A
telefoonverslaving + slaapwandelen
B
slaapwandelen + obesitas
C
slechte schoolprestaties + telefoonverslaving
D
obesitas + slechte schoolprestaties

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk synoniem voor ‘raad’ staat in de laatste alinea?
A
obesitas
B
advies
C
verstoord
D
aanzienlijk

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions