H4 4.1 en 4.2 (+ herhaling h3)

1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Hoe sta je er voor met betrekking tot de stof en de weektaken?
Ik loop voor! :)
Ik loop precies bij! :)
Ik loop een beetje achter :(
Ik loop heel erg achter :(

Slide 5 - Sondage

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

De koers van de dollar in euro's:
$ 1 = € 0,90

Bereken de koers van de euro's in dollars.
A
€ 0,90
B
€ 1,00
C
€ 1,01
D
€ 1,11

Slide 9 - Quiz

De koers van de euro in dollars was:
in 2015: € 1 = $ 1,05 en in 2018: € 1 = $ 1,20

Bereken met hoeveel procent de koers van de euro in dollars is veranderd in 2018 ten opzichte van 2015.
A
met 12,50% gedaald
B
met 12,50% gestegen
C
met 14,29% gedaald
D
met 14,29% gestegen

Slide 10 - Quiz

De koers van de euro in dollars was:
in 2015: € 1 = $ 1,05 en in 2018: € 1 = $ 1,20

Bereken met hoeveel procent de koers van de dollar in euro's is veranderd in 2018 ten opzichte van 2015.
A
met 12,50% gedaald
B
met 12,50% gestegen
C
met 14,29% gedaald
D
met 14,29% gestegen

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

De koers van de euro in dollars was:
in 2015: € 1 = $ 1,05 en in 2018: € 1 = $ 1,20

Er is tussen deze jaren sprake geweest van een ... van de euro.
A
depreciatie
B
appreciatie
C
devaluatie
D
revaluatie

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

De lagere koers van de dollar (uitgedrukt in euro's) zorgt ervoor dat producten uit de Verenigde Staten ... voor mensen uit de EU.
A
goedkoper worden
B
duurder worden
C
even duur blijven

Slide 16 - Quiz

De lagere koers van de dollar (uitgedrukt in euro's) zorgt ervoor dat producten uit Nederland ... voor mensen uit de Verenigde Staten.
A
goedkoper worden
B
duurder worden
C
even duur blijven

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Welke bedrijven hebben voordeel van een dalende koers van de euro?
A
Importerende bedrijven uit de EU
B
Exporterende bedrijven uit de EU
C
Beide

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Een rentestijging maakt een land ..(1).. voor buitenlandse beleggers. Deze buitenlandse beleggers moeten daarvoor eerst hun eigen munt omruilen voor jouw munt. ..(2).. jouw munt neemt toe, waardoor de wisselkoers ..(3)..
A
(1) aantrekkelijker, (2) het aanbod van, (3) stijgt
B
(1) aantrekkelijker, (2) het aanbod van, (3) daalt
C
(1) aantrekkelijker, (2) de vraag naar, (3) stijgt
D
(1) aantrekkelijker, (2) de vraag naar, (3) daalt

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Herhaling h3 + 4.1 en 4.2
10 vragen

Slide 31 - Diapositive

Welke verschijnselen passen bij een laagconjunctuur?
A
Hoge werkloosheid, weinig vraag naar goederen
B
Hoge werkloosheid, veel vraag naar goederen
C
Lage werkloosheid, weinig vraag naar goederen
D
Lage werkloosheid, veel vraag naar goederen

Slide 32 - Quiz

Het verhogen van de overheidsuitgaven in een periode van ... is een voorbeeld van procyclisch conjunctuurbeleid.
A
laagconjunctuur
B
hoogconjunctuur

Slide 33 - Quiz

Een voorbeeld van een automatische conjunctuurstabilisator is:
A
Een degressief belastingstelsel
B
Een proportioneel belastingstelsel
C
Een progressief belastingstelsel

Slide 34 - Quiz

16 mei 2021: 1 euro = 132,85 Japanse yen. Bereken de wisselkoers van 10.000 Japanse yen in euro's.
A
€ 0,007528
B
€ 1,00
C
€ 75,273
D
€ 752,753

Slide 35 - Quiz

Wat kan de overheid doen om een hoogconjunctuur af te remmen?
A
Meer overheidsbestedingen
B
Belastingtarieven verlagen
C
Verhogen inkomstenbelasting

Slide 36 - Quiz

Door extra vraag naar producten uit de VS zal ...
A
De vraag naar de dollar stijgen en dus de koers van de dollar dalen.
B
De vraag naar de dollar stijgen en dus de koers van de dollar stijgen.
C
De vraag naar de dollar dalen en dus de koers van de dollar stijgen.
D
De vraag naar de dollar dalen en dus de koers van de dollar dalen.

Slide 37 - Quiz

Door extra vraag naar producten uit de VS zal ...
A
Het aanbod van de euro stijgen en dus de koers van de euro stijgen.
B
Het aanbod van de euro dalen en dus de koers van de euro stijgen.
C
Het aanbod van de euro stijgen en dus de koers van de euro dalen.
D
Het aanbod van de euro dalen, dus de koers van de euro dalen.

Slide 38 - Quiz

Bij een ruime arbeidsmarkt is het aanbod van arbeid ... de vraag naar arbeid.
A
groter dan
B
kleiner dan
C
gelijk aan

Slide 39 - Quiz

Een rentestijging in een land leidt tot een ... van de wisselkoers van de valuta van dat land, omdat ...
A
stijging, de vraag naar jouw valuta neemt toe
B
daling, de vraag naar jouw valuta neem toe
C
stijging, de vraag naar jouw valuta neemt af
D
daling, de vraag naar jouw valuta neemt af

Slide 40 - Quiz

Als de overheid bij laagconjunctuur anticyclisch begrotingsbeleid wil voeren, moet zij ...
A
de belastingen verhogen of de overheidsbestedingen verlagen.
B
de belastingen verhogen of de overheidsbestedingen verhogen.
C
de belastingen verlagen of de overheidsbestedingen verlagen.
D
de belastingen verlagen of de overheidsbestedingen verhogen.

Slide 41 - Quiz

Slide 42 - Diapositive