Redekundig ontleden - Professionele Taalvaardigheid FLEX VOLTIJD
1 / 52
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 2 - Diapositive
+5min. Even geleden - goed om terug te blikken.
Slide 3 - Diapositive
Vandaag ook weer diagnostische toets bij me; even kijken of eerst de toets of eerst korte uitleg met tussentijds opdrachtjes.
Slide 4 - Diapositive
Geweest? Hoe was het?
Slide 5 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 6 - Diapositive
+10min. Tips?
Slide 7 - Diapositive
NOTEER DE SPELLING PLUS HET TYPE WERKWOORD. ALGORITME LATEN ZIEN.
1 De acteur ... (verkleden) zich razendsnel.
Slide 8 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
2 Later bleek dat hij had ... (bluffen).
Slide 9 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
3 .... (dansen) kwam hij het lokaal binnen.
Slide 10 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
4 De boeren ... (bemesten) gisteren hun akkers.
Slide 11 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
5 De .... (aanrichten) schade viel gelukkig mee.
Slide 12 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
6 Het ... (braden) vlees rook heerlijk.
Slide 13 - Question ouverte
+20min. Uitzondering bespreken. Ook 'dansende man'.
Slide 14 - Diapositive
werkvorm voor in de stageklas
Slide 15 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 16 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 17 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat weet je al van redekundig ontleden?
Slide 18 - Carte mentale
+25min.
Slide 19 - Diapositive
+30min. Dit zijn de zinsdelen die je moet kennen. Kinderen basisschool ook deze; gebruiken bij werkwoordspelling; naamwoordelijk gezegde sommige methodes ook voor. Valt onder kerndoelen taalbeschouwing: https://www.slo.nl/thema/meer/tule/nederlands/kerndoel-11/ Bij college taalbeschouwing gaan we in op hoe je deze concepten het best kunt aanleren. Jullie hebben het eerder gehad, dus we gaan er nu sneller doorheen. Belangrijk is in ieder geval dat je het stappenplan volgt!
Slide 20 - Diapositive
+40min. Hoe staat het ervoor met de kennis? OF EERST THEORIE EN DAN TOETS?
Slide 21 - Diapositive
VOLG ALTIJD HET STAPPENPLAN OM FOUTEN TE VOORKOMEN.
Slide 22 - Diapositive
VORIGE KEER GEZIEN
Slide 23 - Diapositive
VORIGE KEER GEZIEN
Slide 24 - Diapositive
VORIGE KEER GEZIEN
Slide 25 - Diapositive
DIT IS NIEUW. HEEL BELANGRIJK. ALS JE GOED BENT IN HET HALEN VAN BELANGRIJKSTE WERKW. HELPT JE DAT BIJ NAAMW. GEZ./WERKW. GEZ./ENZ.
Wat kun je zeggen over het belangrijkste werkwoord?
Slide 26 - Question ouverte
+30min.
Slide 27 - Diapositive
Overleg maar even met elkaar
Jullie kunnen rekenen op mijn steun.
Slide 28 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Ik zou mijn kamer deze week geverfd willen hebben zien.
Slide 29 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Ik ben vaak in Leiden geweest.
Slide 30 - Question ouverte
+35min.
Slide 31 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 32 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 33 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 34 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 35 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 36 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 37 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
De toets lijkt ons erg lastig.
Slide 38 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Hanna is vorige week afgestudeerd.
Slide 39 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Het ijs is gesmolten.
Slide 40 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Hans is een beroemd acteur.
Slide 41 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 42 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 43 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 44 - Diapositive
45
Slide 45 - Diapositive
Moeilijke zinnen
Slide 46 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 47 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Welk zinsdeel is X in zin X?
Kies uit: pv., ow., ww.gez., nw.gez., lijd.vw., meew.vw.
Kies uit: pv., ow., ww.gez., nw.gez., lijd.vw., meew.vw.
Slide 48 - Question ouverte
Na de bespreking van de fouten in de Socrative een aantal lastige gevallen terugvragen a.d.h.v. nieuwe voorbeelden, bijv. uit de Taaltoets pabo haal je zo! of uit het extra oefenmateriaal op Itslearning.
Welk zinsdeel is X in zin X?
Kies uit: pv., ow., ww.gez., nw.gez., lijd.vw., meew.vw.
Kies uit: pv., ow., ww.gez., nw.gez., lijd.vw., meew.vw.
Slide 49 - Question ouverte
Na de bespreking van de fouten in de Socrative een aantal lastige gevallen terugvragen a.d.h.v. nieuwe voorbeelden, bijv. uit de Taaltoets pabo haal je zo! of uit het extra oefenmateriaal op Itslearning.
Welk zinsdeel is X in zin X?
Kies uit: pv., ow., ww.gez., nw.gez., lijd.vw., meew.vw.
Kies uit: pv., ow., ww.gez., nw.gez., lijd.vw., meew.vw.
Slide 50 - Question ouverte
Na de bespreking van de fouten in de Socrative een aantal lastige gevallen terugvragen a.d.h.v. nieuwe voorbeelden, bijv. uit de Taaltoets pabo haal je zo! of uit het extra oefenmateriaal op Itslearning.
Welk zinsdeel is X in zin X?
Kies uit: pv., ow., ww.gez., nw.gez., lijd.vw., meew.vw.
Kies uit: pv., ow., ww.gez., nw.gez., lijd.vw., meew.vw.
Slide 51 - Question ouverte
Na de bespreking van de fouten in de Socrative een aantal lastige gevallen terugvragen a.d.h.v. nieuwe voorbeelden, bijv. uit de Taaltoets pabo haal je zo! of uit het extra oefenmateriaal op Itslearning.
Welk zinsdeel is X in zin X?
Kies uit: pv., ow., ww.gez., nw.gez., lijd.vw., meew.vw.
Kies uit: pv., ow., ww.gez., nw.gez., lijd.vw., meew.vw.
Slide 52 - Question ouverte
Na de bespreking van de fouten in de Socrative een aantal lastige gevallen terugvragen a.d.h.v. nieuwe voorbeelden, bijv. uit de Taaltoets pabo haal je zo! of uit het extra oefenmateriaal op Itslearning.
