3Mcgs - §6.1 "Een verzuild land"

  1. Je kunt in je eigen woorden het begrip verzuiling uitleggen.
  2. Je kunt de vier zuilen benoemen. 
  3. Je kunt in je eigen woorden het ontstaan van de verzuiling uitleggen.
  4. Je kunt een gevolg van de verzuiling noemen.
  5. Je kunt in je eigen woorden het begrip emancipatie uitleggen.

Paragraaf 6.1 - "Een verzuild land"
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare school

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

  1. Je kunt in je eigen woorden het begrip verzuiling uitleggen.
  2. Je kunt de vier zuilen benoemen. 
  3. Je kunt in je eigen woorden het ontstaan van de verzuiling uitleggen.
  4. Je kunt een gevolg van de verzuiling noemen.
  5. Je kunt in je eigen woorden het begrip emancipatie uitleggen.

Paragraaf 6.1 - "Een verzuild land"

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoel deze les
  1. Je kunt in je eigen woorden het begrip verzuiling uitleggen.
  2. Je kunt de vier zuilen benoemen.
  3. Je kunt in je eigen woorden uitleggen hoe de verzuiling is ontstaan.
  4. Je kunt in je eigen woorden het begrip emancipatie uitleggen.
  5. Je kunt een gevolg noemen van de verzuiling. 


Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzuiling
Vanaf 1900 ontstaat er in Nederland een verzuilde samenleving.

De Nederlandse bevolking kun je vanaf dan opdelen in vier verschillende groepen of zuilen.

Mensen leven naast elkaar.
Niet met elkaar.

 
Zuilen
We noemen de groepen in de Nederlandse samenleving ook wel zuilen. Net als bij een Griekse tempel staan de zuilen (of groepen) wel naast elkaar maar raken elkaar niet. De groepen hebben onderling ook weinig contact. Maar de zuilen werken wel samen om het dak te dragen, net zoals de groepen het dak 'Nederland' dragen. 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzuiling is de maatschappij opdelen in bevolkingsgroepen die zijn georganiseerd op basis van hun politieke overtuiging of geloof.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een zuil is een bevolkingsgroep met een eigen levensovertuiging en eigen organisaties. 

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De zuilen
De Nederlandse bevolking kun je opdelen in vier verschillende groepen of zuilen, namelijk:

  1. Protestanten
  2. Katholieken
  3. Socialisten
  4. Liberalen
Liberalen.
Voor liberalen was vrijheid (engels = liberty) belangrijk. Mensen moesten vrij zijn om hun eigen levensomstadigheden te kunnen verbeteren. De overheid moest zich daarom niet zo veel met de bevolking bemoeien, doorvoorbeeld door wetten te maken. 
Socialisten.
Voor de socialisten was gelijkheid belangrijk. Zij wilden de verschillen tussen arm en rijk verkleinen en kwamen op voor de rechten van de arbeiders. 
Katholieken.
Katholieken zijn christenen die de Paus in Rome als hun leider zien. Zij vinden het geloof belangrijk en vinden dat ook in de politiek de christelijke regels gevolgd moeten worden. 
Protestanten
Protestanten zijn christenen die de Bijbel als de belangrijkste bron van hun geloof zien. Zij vinden het geloof belangrijk en vinden dat ook in de politiek de christelijke regels gevolgd moeten worden. 

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak de juiste combinaties!
Mensen die in de politiek in de eerste plaats opkomen voor de vrijheid van burgers. 
Mensen die streven naar meer gelijkheid. 
Christenen die de paus in Rome als hun leider zien. 
Christenen die de Bijbel als hun belangrijkste bron voor het geloof zien.  
LIBERALEN
SOCIALISTEN
KATHOLIEKEN
PROTESTANTEN

Slide 7 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wij accepteren wat de paus te zeggen heeft over het bestuur van het land.
Socialisten
Liberalen
Protestanten
Katholieken

Slide 8 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Godsdienst is gevaarlijk. Mensen denken dat hun ellende de wil van God is.
Socialisten
Liberalen
Protestanten
Katholieken

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Godsdienstonderwijs moeten de kinderen thuis maar krijgen.
Socialisten
Liberalen
Protestanten
Katholieken

Slide 10 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Arme sloebers hebben geen verstand van politiek. Ik voorzie grote problemen als zij mogen stemmen.
Socialisten
Liberalen
Protestanten
Katholieken

Slide 11 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik hoop op een maatschappij waarin iedereen dezelfde rechten heeft.
Socialisten
Liberalen
Protestanten
Katholieken

Slide 12 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Net als de protestanten willen wij het land regeren met behulp van de Bijbel.
Socialisten
Liberalen
Protestanten
Katholieken

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontstaan 1
Tussen ongeveer 1850 en 1900 werd Nederland geregeerd door liberalen.
Zij bepaalden wat er gebeurde op het gebied van politiek, de sociale kwestie en onderwijs.


De andere groepen (protestanten, katholieken en socialisten) hadden weinig invloed, maar wel kritiek op het beleid van de liberalen. 

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontstaan 2 
Om sterker te staan gaan de protestanten, kahtolieken en socialisten zich organiseren, bijvoorbeeld in poltieke partijen.

Maar... later ook vakbonden, kranten, sportclubs, scholen en bejaardenhuizen.
Elke zuil voor zichzelf. 

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Emancipatie is het verkrijgen van gelijke rechten en het opheffen van achterstanden.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzuiling



Dit was vooral bij de confessionelen (protestanten en katholieken). 

Want... liberalen en socialisten zijn goddeloze! En contact met hen zou ervoor zorgen dat je je geloof verliest. Dus niet naar de hemel kan.
Contact met andere zuilen werd ontmoedigd. 

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De samenleving raakte verdeeld in groepen. Welk begrip past hier het beste bij?
A
Verzuiling
B
Groepering
C
Pacificatie
D
Nationalisme

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem de 4 groepen/zuilen tijdens de verzuiling.

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke politieke richting had voor de verzuiling het meeste macht?
A
Socialisten
B
Protestanten
C
Liberalen
D
Katholieken

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De verzuiling leidde tot:
A
De indeling van de jeugd in meisjes- en jongensgroepen
B
De opdeling van de bevolking in gelovigen en niet-gelovigen
C
Veel onenigheid in het Nederland van na WO II
D
Een samenleving waarin het leven zich vooral binnen een groep afspeelde

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekstboek blz. 126 en 127

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzuiling

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Question de remorquage

bij deze sleepvraag wordt gekeken wat ook alweer verzuiling was en wat erbij hoort.
De docent vermeld dat iedereen een eigen partij, krant, omroep en etc.. had. Dit vervalt dus in de jaren '60 
  1. Je kunt in je eigen woorden het begrip verzuiling uitleggen.
  2. Je kunt de vier zuilen benoemen. 
  3. Je kunt in je eigen woorden het ontstaan van de verzuiling uitleggen.
  4. Je kunt een gevolg van de verzuiling noemen.
  5. Je kunt in je eigen woorden het begrip emancipatie uitleggen.

Paragraaf 6.1 - Een verzuild land

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem de 4 groepen/zuilen tijdens de verzuiling.

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke politieke richting had voor de verzuiling het meeste macht?
A
Socialisten
B
Protestanten
C
Liberalen
D
Katholieken

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noemen we het verkrijgen van gelijke rechten en het opheffen van achterstanden.
A
Feminisme
B
Emancipatie
C
Orthodox
D
Anarchistisch

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoel deze les
  1. Je kunt in je eigen woorden uitleggen waarom de zuilen in de politiek wel moesten samenwerken.
  2. Je kunt in je eigen woorden het begrip openbare school uitleggen.
  3. Je kunt in je eigen woorden het begrip bijzondere school uitleggen.
  4. Je benoemen welke zuilen samenwerken en waarom.


Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzuiling
Vanaf 1900 ontstaat er in Nederland een verzuilde samenleving.

De Nederlandse bevolking kun je vanaf dan opdelen in vier verschillende groepen of zuilen.

Mensen leven naast elkaar.
Niet met elkaar.

 
Zuilen
We noemen de groepen in de Nederlandse samenleving ook wel zuilen. Net als bij een Griekse tempel staan de zuilen (of groepen) wel naast elkaar maar raken elkaar niet. De groepen hebben onderling ook weinig contact. Maar de zuilen werken wel samen om het dak te dragen, net zoals de groepen het dak 'Nederland' dragen. 

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Politiek 1
In de politiek moeten de zuilen wel samenwerken

Want... geen enkele zuil haalde de meerderheid in de verkiezingen. 
(Je hebt een meerderheid nodig om een regering te mogen vormen)

Het dak van de Tempel van de Nederlandse Verzuiling staat symbool voor het Nederlandse bestuur. 

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Politiek 2
De liberalen en socialisen werken samen.

Want... zij wilden allebei kierecht voor iedereen. In plaats van alleen mensen die veel belasting betaalden.

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Politiek 3
De katholieken en protestanten werken samen.

Want... zij wilden allebei subsidie voor christelijke scholen

Hoe zit dat?

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Openbare scholen:  
  • zijn gesticht door de overheid.
  • moeten kinderen opvoeden tot moderene en weldenkende burgers.
  • kregen subsidie van de onderheid.

Bijzondere scholen:  
  • zijn NIET gesticht door de overheid
    .
  • gaan uit van het geloof.
  • kregen GEEN subsidie van de onderheid.
Scholen

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Politiek 4

De katholieken en protestanten krijgen subsidie voor bijzondere scholen. 

In ruil voor...

De liberalen en socialisten krijgen algemeen mannen kiesrecht. 
Oplossing? in 1917

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzuiling

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke 2 zuilen werken samen om algemeen kiesrecht te krijgen?

Slide 40 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem een verschil tussen een openbare en en bijzondere school.

Slide 41 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke 2 zuilen werken samen om subsidie voor alle scholen te krijgen?

Slide 42 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de omschrijvingen naar de juiste plek 
Voor de jaren 60 
Vanaf de jaren 60 
gehoorzaamheid
verzuiling
Ontzuiling
groepsnormen
welvaart
Iindividualisering
secularisatie
Veel armoede

Slide 43 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions