over taal

1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

schooltaalwoorden

Slide 2 - Carte mentale

verspreiden
A
zeggen dat iets zo is
B
verdelen
C
bij elkaar doen
D
kiezen

Slide 3 - Quiz

beoordelen
A
zeggen wat je van iets of iemand vindt
B
uitdelen
C
gaat over
D
kiezen

Slide 4 - Quiz

selecteren
A
zeggen wat je van iets of iemand vindt
B
samenstellen
C
weglopen
D
kiezen

Slide 5 - Quiz

afwijken
A
niet hetzelfde zijn
B
weglopen
C
schrikken

Slide 6 - Quiz

Maak een zin met het woord: beweren

Slide 7 - Question ouverte

maak een zin met het woord: verklaren

Slide 8 - Question ouverte

maak een zin met het woord: raadplegen

Slide 9 - Question ouverte

Slide 10 - Vidéo



Maak nu opdracht 4 op bladzijde 31 in je schrift

Slide 11 - Diapositive

synoniemen
Woorden die hetzelfde betekenen, noem je synoniemen.
Bijvoorbeeld:
smerig - vies
snel - vlug

Slide 12 - Diapositive

bedenk zelf een synoniem voor:
1. mooi
2. lekker
3. lachen
4. rennen

Slide 13 - Question ouverte

Bedenk een synoniem bij:
5. de man
6. lachen
7. verliezen
8. het dier

Slide 14 - Question ouverte

Slide 15 - Lien

Slide 16 - Lien