Woordvolgorde Brugklas

1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Today's lesson aim

  • I can write sentences with a correct word order.

Slide 2 - Diapositive

Translate to English:
afgezonderd

Slide 3 - Question ouverte

Translate to English:
meedoen

Slide 4 - Question ouverte

Translate to English:
volgens

Slide 5 - Question ouverte

Slide 6 - Diapositive

Wie doet wat waar wanneer?
             O              ww              lv             plaats                    tijd

Slide 7 - Diapositive

EXAMPLE:
Peter liep vanmiddag samen met Patrick naar zijn huis.
Peter walked together with Patrick to his house this afternoon.

Slide 8 - Diapositive

Stap 1?
A
werkwoorden
B
tijd
C
onderwerp
D
plaats

Slide 9 - Quiz

Stap 2?
A
werkwoorden
B
onderwerp
C
plaats
D
tijd

Slide 10 - Quiz

Stap 3?
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
plaats
D
tijd

Slide 11 - Quiz

Stap 4?
A
plaats
B
werkwoorden
C
onderwerp
D
tijd

Slide 12 - Quiz

stap 5?
A
lijdend voorwerp
B
onderwerp
C
tijd
D
werkwoorden

Slide 13 - Quiz

Stappenplan:
1. onderwerp                         WIE
2. werkwoord(en)               DOET
3. lijdend voorwerp            WAT
4. plaats                                  WAAR
5. tijd                                        WANNEER

De tijd kan ook aan het begin van de zin worden gezet!

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Answer YES or NO:
My neighbour will tomorrow
have a party.

Slide 16 - Question ouverte

Answer YES or NO:
Last night had we a meeting at school with the teacher.

Slide 17 - Question ouverte

TIP!
Zet de werkwoorden van de zin bij elkaar!

Ik heb gisteren heel veel friet gegeten.
I have eaten a lot of fries yesterday.

Slide 18 - Diapositive

Put in the correct order:
at the zoo / saw / a week ago /
an elephant / my family and I

Slide 19 - Question ouverte

Put in the correct order:
shopping / went / the girls / this morning / at the mall

Slide 20 - Question ouverte

Extra practice with 
word order

Slide 21 - Diapositive