3.1 Kleurrijk Nederland (deel 1)

timer
5:00
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

timer
5:00

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Welke culturen herken je op de foto?

Slide 5 - Carte mentale

Welke culturen zijn er in de klas?

Slide 6 - Carte mentale

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Waarden zijn:
A
alles wat mensen belangrijk vinden in het leven.
B
de gedragsregels die belangrijk zijn in Nederland.
C
regels over hoe je je moeten gedragen.
D
belangen die alle Nederlanders delen.

Slide 10 - Quiz

Normen zijn:
A
alles wat mensen belangrijk vinden in het leven.
B
besluiten die de overheid neemt.
C
regels over hoe je je moet gedragen.

Slide 11 - Quiz

Vriendschap is een voorbeeld van een norm.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Bewoners houden acties om hun buurt autovrij te houden. Hiermee komen zij op voor hun
A
Waarden
B
Normen

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Slide 16 - Diapositive

Noem twee andere voorbeelden van de Nederlandse dominante cultuur.

Slide 17 - Question ouverte

Slide 18 - Diapositive

Wat bedoelen we met de dominante cultuur?
A
De cultuur van de oudere generatie.
B
De subculturen die naast elkaar leven.
C
De cultuur van de meeste mensen in een land.
D
De cultuur van jongeren.

Slide 19 - Quiz

Met subcultuur bedoelen we cultuur die:
A
van een kleine groep mensen binnen de samenleving is.
B
hoort bij de grootste groep in de samenleving.
C
alleen populair is bij jongeren.
D
afgeleid is van de dominante cultuur.

Slide 20 - Quiz

Welke uitspraak is juist?
In ons land:

A
kennen we geen dominante cultuur.
B
is de Nederlandse cultuur dominant.
C
zijn er meer dominante culturen dan subculturen.
D
zijn er meerdere dominante culturen.

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Diapositive

Pluriform betekent...
A
Iets anders
B
Veelvoorkomend
C
Veelkleurig
D
Verschillend

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive