2.personalpronomen en sein+haben

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Woche: sechsunddreißig

Lernziele für heute:

1. Was sind Personalpronomen?

2. Was weißt du schon über Deutschland?

Hausaufgaben:

Lernen: Lektion eins, Seite achtundvierzig
Machen: zehn, Seite neunzehn

Wiederholung

Hausaufgaben

Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

ik ben
jij bent
hij/zij/het is
wij zijn
jullie zijn
zij/u zijn

Wiederholung

Hausaufgaben

Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

ik ben	ich bin
jij bent	du bist
hij/zij/het is	er/sie/es ist
wij zijn	wir sind
jullie zijn	ihr seid
zij/u zijn	sie/Sie sind

Wiederholung

Hausaufgaben

Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

ik heb
jij hebt
hij/zij/het heeft
wij hebben
jullie hebben
zij/u hebben

Wiederholung

Hausaufgaben

Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

ik heb	ich habe
jij hebt	du hast
hij/zij/het heeft	er/sie/es hat
wij hebben	wir haben
jullie hebben	ihr habt
zij/u hebben	sie/Sie haben

Wiederholung

Hausaufgaben

Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Wiederholung

Hausaufgaben

Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

1. Was sind Personalpronomen?

ihr

wir

du

ich

er

sie

es

man

sie

Sie

zij

zij

u

ik

jij

het

men

wij

hij

jullie

Wiederholung

Hausaufgaben

Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Singular

Plural

man

Sie

Wiederholung

Hausaufgaben

Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Functies van het persoonlijk voornaamwoord:

• Vertelt over wie of wat gaat het in de zin.
• Bepaalt hoe je het werkwoord schrijft.

Wiederholung

Hausaufgaben

Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

2. Was weißt du schon über Deutschland?

Wiederholung

Hausaufgaben

Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Was

Wer

Wie

Wann

Warum

: Test über Deutschland

: Partnerarbeit

: Arbeitsblatt

: fünf Minuten

: Duitsland leren kennen

Wiederholung

Hausaufgaben

Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

1

1

2

3

4

5

6

Wiederholung

Hausaufgaben

Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Deze les leerde je:

• over het persoonlijke voornaamwoord;
• over het land Duitsland.