Grammatik: persoonlijke voornaamwoorden in de eerste en vierde naamval

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t, havo, vwo
• Leerjaar 2

Herzlich willkommen! 

Was machen wir heute?

- Hausaufgaben notieren

- Lernziel

- Grammatik erklären: das Personalpronomen und die Präpositionen im vierten Fall

- Üben 

- Aufgaben kontrollieren

- Ist das Lernziel erreicht?

Hausaufgaben notieren

Für diese Woche müssen folgenden Aufgaben gemacht werden:

18, 19, 20, 21, 22, 23, 24, 26

Lernziel

Aan het einde van de les kun je de persoonlijke voornaamwoorden in de vierde naamval noemen.

Aan het einde van de les kun je de voorzetsels van de vierde naamval noemen. 

Grammatik erklären

Wat is een persoonlijk voornaamwoord?

Welke Nederlandse woorden vormen de persoonlijke voornaamwoorden? 

Welke woorden vormen de persoonlijke voornaamwoorden in het Duits? 

wat is een voorzetsel?

wat gebeurt er bij een naamval? 

Grammatik erklären

door                 durch

voor                  für

zonder            ohne

om                    um

tot                     bis

tegen              gegen

Üben 

Was: Aufgabe 18, 19, 20, 21, 22, 23, 24, 26

Wie: 5 minuten in stilte, daarna zachtjes overleggen

Hilfe:  boek - buurman - bureau 

Zeit: 15 Minuten

Resultat: alle opdrachten zijn klaar!

Fertig: opdrachten nakijken 

Aufgaben Kontrollieren

19, 23, 24

Alle opdrachten die je niet af hebt kunnen maken, zijn huiswerk voor de volgende les! 

Ist das Lernziel erreicht? 

Aan het einde van de les kun je de persoonlijke voornaamwoorden in de vierde naamval noemen.

Aan het einde van de les kun je de voorzetsels van de vierde naamval noemen. 

Bis zum nächsten Mal!