Nederlands les 8 - periode 2

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 3

Check 

1) Inloggen op laptop op DLWO
2) Telefoon in de zak naast de deur

Nederlands les 7 - 2F en 3F

Programma

Doelen

1. Toets- en examenplan

2. Quiz argumenteren

3. Uitleg drogredenen

- Pauze (5 minuten)!

4. Opdracht betoog P2

* Na deze les kun je schriftelijk een kwestie beargumenteren en weet je wat drogredenen zijn.

* Deze les ga je oefenen met het schrijven van een betogend artikel.

* Aan het einde van deze les ken je de kenmerken van een betoog. 

TOA-examens MBO niveau 3:

1. Schrijven TOA

TOA-examens MBO niveau 4:

1. Schrijven

* 2 of 3 schrijfopdrachten waarvan één invulformulier.

* Hoofdletters en punten.

* Wordt er antwoord gegeven op de vragen?
(Bijv.: noem 2 argumenten en leg uit).

*  Lees de opdracht, voer hem uit en controleer of je op alles antwoord hebt gegeven.

* Het examen vindt digitaal plaats.
Raadplegen van online bronnen is niet toegestaan.

* Extra punten wanneer je goed Nederlands schrijft.

Toets- en examenplan MBO niveau 3 en niveau 4

Quiz argumenteren

10 vragen, 30 seconden per vraag

Welk tekstverband geeft het signaalwoord 'aangezien' aan?

1. argument
2. toelichting
3. oorzaak-gevolg
4. tegenstelling

Wat is een beschouwende tekst?

1. Een tekst waarin de schrijver zijn mening niet geeft
2. Een tekst waarin geen meningen staan, enkel argumenten
3. Een tekst waarin de mening van voorbijgangers gegeven wordt
4. Een tekst waarin de schrijver zijn mening wel geeft

Een signaalwoord is een woord of woordgroep waarmee een bepaald verband wordt aangegeven tussen verschillende alinea's of zinnen.

1. Waar
2. Niet waar

 Met behulp van signaalzinnen geeft de schrijver een conclusie na iedere alinea en verwijst hij naar de titel.

1. Waar
2. Niet waar

Met signaalzinnen maakt een schrijver duidelijk wat er volgt (aankondigend) of wat hij heeft behandeld (terugblikkend).

1. Waar
2. Niet waar

Een artikel bestaat standaard uit:

1. Inleiding - uitleiding
2. Titel - inleiding - slot
3. Titel - kern - afsluiting
4. Inleiding - kern - slot

In een argumentatiestructuur wordt:

1. een argument, tegenargument en weerlegging gegeven
2. Heel veel argumenten genoemd, je denkt er als lezer zelf over na
3. een voor- en een tegenargument genoemd
4. enkel de argumenten genoemd, die de schrijver belangrijk vindt

Argumenten en verklaringen zijn hetzelfde...

1. Waar
2. Niet waar

In een betoog, neem je een standpunt in die je met argumenten onderbouwt. Wat mag er nog meer niet ontbreken?

1. De mening van de schrijver
2. Tegenargument(en)
3. Duidelijke kopjes
4. Een pakkende titel

Welke tekst vind je in een argumentenstructuur?

1. Betoog
2. Memo
3. Klachtenbrief
4. Krantenartikel

Uitleg drogredenen

5 vragen, 30 seconden per vraag
2 filmpjes

Veel ouderen die op een e-bike rijden hebben een ongeluk gehad, dus het is gevaarlijk fietsen met een e-bike.

1. Drogreden: de onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
2. Drogreden: de verkeerde vergelijking

Wat weet jij nu van gezondheid? Jij weegt zelf 100 kilo!

1. Drogreden: de persoonlijke aanval
2. Drogreden: de cirkelredenering

Iedereen trakteert op zijn verjaardag, dus waarom jij niet?

1. Drogreden: Overhaaste generalisatie
2. Drogreden: Cirkelredenering
3. Drogreden: Beroep op traditie

Welke drogreden wordt er gebruikt in de discussie tussen Rutte en Wilders?

1. onjuist beroep op autoriteit
2. ontduiken bewijslast
3. bespelen van publiek
4. persoonlijke aanval

Welke drogreden gebruikt de vrouw in het fragment?

1. Bespelen van het publiek
2. Vertekenen van het standpunt
3. Cirkelredenering
4. Ontduiken van bewijslast

Pauze

Opdracht betoog P2

Schrijven

 Een betogend artikel schrijven

Voorbereiding op examen

Hoe zou je je kunnen voorbereiden op het schrijven van een artikel?

Lees de opdracht

5 minuten

Betogend artikel

• Je begint met een standpunt/stelling/optie
• Je overtuigt de lezer met argumenten van jouw standpunt
• Je weerlegt tegenargumenten
• Je schrijft een conclusie

"Moet ik nu precies evenveel voordelen als nadelen bespreken?"

1. JA
2. NEE

'Ik ben zo overtuigd van mijn mening dat ik het lastig vind om serieus in te gaan op tegenargumenten. Is dat eigenlijk wel nodig?'

1. JA
2. NEE

Betogend artikel

Inleiding (één alinea)

• Introductie onderwerp.
• Aanleiding voor het schrijven van het artikel.
• Eventueel opbouw artikel.
• Standpunt, stelling of optie.

vervolg...

Kern (meerdere alinea's)

• Argumenten voor standpunt, stelling of optie.
  
• Tegenargumenten voor standpunt, stelling of optie noemen en weerleggen.
  
• Per argument een alinea.
  

vervolg...

Slot (één alinea)

Hierin vat je samen wat je in de kern hebt besproken of geef je een conclusie. In sommige gevallen formuleer je een oproep. Je roept dan anderen bijvoorbeeld op om zich ergens voor aan te melden of om een werkwijze over te nemen.

Zelf aan de slag!

Oefen examenopdracht: schrijf een betogend artikel. 

Nabespreken lesdoelen

	Kenmerken indeling tekst
Inleiding	Introductie, aanleiding, opbouw, standpunt
Kern	Argumenten, tegenargument + ontkrachting
Slot	Samenvatting of conclusie

• Heb je voldoende informatie voor de toets?

• Wat ga je nog nalezen?

Voor thuis: