Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
2 De keuzevoorzetsels
Wechselpräpositionen zijn keuzevoorzetsels. Hiernaast zie je de 9 voorzetsels waar het om gaat.
De 9 keuzevoorzetsels zijn:
an
: aan
auf
: op
hinter
: achter
in
: in
neben
: naast
über
: boven / over
unter
: onder
vor
: voor
zwischen
: tussen
1 / 25
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4
Cette leçon contient
25 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
60 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Wechselpräpositionen zijn keuzevoorzetsels. Hiernaast zie je de 9 voorzetsels waar het om gaat.
De 9 keuzevoorzetsels zijn:
an
: aan
auf
: op
hinter
: achter
in
: in
neben
: naast
über
: boven / over
unter
: onder
vor
: voor
zwischen
: tussen
Slide 1 - Diapositive
Je moet volgende vragen stellen:
* Is het onderwerp er al (er zijn/plek)
.... dan
3e naamval
b.v. Der Hund schwimmt
in
dem
Teich
(m).
* Moet het onderwerp er nog komen (er komen/ verplaatsing)?
... dan
4e naamval
b.v. Der Hund springt
in
den Teich
(m).
(der Teich = de vijver)
Slide 2 - Diapositive
Welcher Satz ist richtig geschrieben? Sleep de zin.
Dieser Satz ist richtig.
Dieser Satz ist leider falsch.
Der Ball rollt unter das Auto (o).
Die Kreditkarte liegt in das Hotelzimmer (o).
Ich wohne über dem Geschäft (o).
Ich lege die Zeitung auf dem Tisch (m).
Die Zeitung liegt noch auf dem Tisch (m).
Slide 3 - Question de remorquage
Vul in.
Das Auto steht vor d...…. Garage(v).
Slide 4 - Question ouverte
Antwoord + uitleg:
Vertaald:
De auto
staat
vor d.... garage.
vor (voor) = keuzevoorzetsel
De auto is er al = er zijn/plek
Dus Dativ (3e nv) vrouwelijk.
Antwoord: Das Auto steht
vor d
er
Garage.
Slide 5 - Diapositive
Vul in.
Das Heft fällt auf d...…...Boden(m).
Slide 6 - Question ouverte
Antwoord + uitleg:
Vertaald:
Het schrift
valt
op de grond.
op = keuzevoorzetsel
vallen = het schrift is er nog niet = er komen/verplaatsing
Dus Akkustiv (4e nv) mannelijk.
Antwoord: Das Heft fällt
auf d
en
Boden.
Slide 7 - Diapositive
Das Buch liegt auf d... Tisch(m).
A
dem
B
den
C
der
D
das
Slide 8 - Quiz
Antwoord + uitleg:
Vertaald
: Het boek
ligt
op de tafel.
op = keuzevoorzetsel
liggen =
het boek is er al = er zijn/ plek
Dus Dativ (3e nv) mannelijk.
Antwoord: Das Buch liegt
auf de
m
Tisch.
Slide 9 - Diapositive
Das Bild hängt an d.... Wand(v).
A
die
B
den
C
dem
D
der
Slide 10 - Quiz
Antwoord + uitleg:
Vertaald
: De foto
hangt
aan de muur.
an (aan) = keuzevoorzetsel
hangen = de foto is er al = er zijn/ple
Dus Dativ (3e nv) vrouwelijk.
Antwoord: Das Bild hängt
an d
er
Wand.
Slide 11 - Diapositive
Vul in.
Ich lege deinen Schlüssel auf d... Tisch(m).
Slide 12 - Question ouverte
Antwoord + uitleg:
Vertaald
: Ik
leg
jouw sleutel op de tafel.
auf (op) = keuzevoorzetsel
de sleutel wordt gelegd = de sleutel is er nog niet = er komen/verplaatsing
Dus Akkustiv (4e nv) mannelijk.
Antwoord: Ich lege deinen Schlüssel
auf d
en
Tisch.
Slide 13 - Diapositive
Vul in.
Stehst du immer so lange vor d.... Spiegel (m)?
Slide 14 - Question ouverte
Antwoord + uitleg:
Vertaald
:
Sta
jij altijd zo lang voor de spiegel?
vor (voor) = keuzevoorzetsel
staan = er zijn / plek
Dus Dativ (3e nv) mannelijk.
Antwoord: Stehst du immer so lange
vor d
em
Spiegel?
Slide 15 - Diapositive
Vul in.
Ich warte (voor de) Apotheke (v).
Slide 16 - Question ouverte
Antwoord + uitleg:
Vertaald
: Ik
wacht
voor de apotheek.
vor
(voor) = keuzevoorzetsel
wachten
= ik ben er al = er zijn/plek
Dus Dativ (3e nv) vrouwelijk.
Antwoord: Ich warte
vor der
Apotheke (v).
Slide 17 - Diapositive
Vul in.
Mein Opa setzt sich (op de) Bank (v) im Park.
Slide 18 - Question ouverte
Antwoord + uitleg:
Vertaald
: Mijn opa
gaat
op de bank in het park
zitten
.
auf
(op) = keuzevoorzetsel
sich setzen = gaan zitten = een verplaatsing/ er komen
Dus Akkustiv (4e nv) vrouwelijk.
Antwoord: Mein Opa setzt sich
auf die
Bank (v) im Park.
Slide 19 - Diapositive
Vul in.
Ich habe Angst (voor deze) Spinnen (mv).
Slide 20 - Question ouverte
Antwoord + uitleg:
Vertaald
: Ik ben bang voor deze spinnen
vor
(voor) = keuzevoorzetsel
bang zijn voor
is
GEEN (verandering van) situatie
:
Dus
7/2-regel
vor
hoort bij de 7 voorzetsels: 3e nv, meervoud
Antwoord: Ich habe Angst
vor
diesen
Spinnen(mv).
Slide 21 - Diapositive
7/2 regel
Ich warte
auf
den Bus
.
Wir warten
vor
dem Tor.
Als in de zin geen plaatsbepaling staat, gebruik je de 7/2-regel:
(7) hinter, vor, zwischen, neben, in, an, unter = 3e nv.
(2) auf + über = 4e nv.
Slide 22 - Diapositive
Vul in.
Ich freue mich auf (jouw) Besuch(m).
Slide 23 - Question ouverte
Vul in.
Der Lehrer spricht nicht über (zijn) Schüler (mv).
Slide 24 - Question ouverte
0
Slide 25 - Vidéo
Plus de leçons comme celle-ci
2 De keuzevoorzetsels
il y a 12 jours
- Leçon avec
27 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4
2 De keuzevoorzetsels
il y a 6 jours
- Leçon avec
27 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4
DH4A De keuzevoorzetsels
il y a 13 jours
- Leçon avec
27 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4
DH4A De keuzevoorzetsels
il y a 13 jours
- Leçon avec
27 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4
2 De keuzevoorzetsels
Mai 2024
- Leçon avec
27 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4
2 De keuzevoorzetsels
Mars 2024
- Leçon avec
20 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4
2 De keuzevoorzetsels
il y a 14 jours
- Leçon avec
26 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4
2 De keuzevoorzetsels
Mai 2024
- Leçon avec
22 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4