hst 7 paragraaf 1 "materialen toepassen"

hst 7.1 "materialen toepassen"
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 11 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 49 min

Éléments de cette leçon

hst 7.1 "materialen toepassen"

Slide 1 - Diapositive

leerdoelen; Je kunt/kent
  1. drie eigenschappen die belangrijk zijn voor een constructiemateriaal.
  2. uitleggen wat wordt bedoeld met ‘verspanen’ en ‘verspanende bewerkingen’.
  3. toelichten waarom vloeistoffen in glas of in polyetheen worden verpakt.
  4. uitleggen waarom carbonfiber veel wordt toegepast in sportartikelen.
  5. uitleggen dat de functie van een tent bepalend is voor de materiaalkeuze

Slide 2 - Diapositive

Kiezen van Materialen
  • Een materiaal is een stof die je gebruikt om een voorwerp of product te maken.
  • Je houdt rekening met de stofeigenschappen die passen bij het gebruik
  • Je kijkt naar de prijs en beschikbaarheid van geschikte materialen


Je wil een nieuwe crossmotor ontwikkelen. 
Welke materialen kies je voor welke onderdelen en waarom?

Slide 3 - Diapositive

Materiaaleigenschappen
  • Dichtheid (ijzer heeft hogere dichtheid dan aluminium)
  • Elasticiteit (flubber)
  • Elektrische geleidbaarheid (metalen wel, plastics vaak niet)
  • Hardheid (beton is hard, krijt is zacht)
  • Kleur van een materiaal 

Slide 4 - Diapositive

Materialen toepassen, eigenschappen
Hout:
Bestand tegen druk- en trekkrachten
is verspaanbaar (in vorm brengen door bijvoorbeeld zagen en schaven)
is met stevige verbindingen aan elkaar te maken.
Koper: 
Goede geleider..
PVC = een kunststof: 
Goede isolator, duurzaam en makkelijk te kleuren.






Slide 5 - Diapositive

Materialen toepassen
Glas: vloeistoffen, gassen, zuren in te bewaren.
 Makkelijk te kleuren en redelijk makkelijk te vervormen.
 Nadeel: niet erg sterk, zwaar

Polyetheen (PE) in verschillende soorten:
  • LDPE = lage 𝛒 PE, taai en buigzaam.
  • HDPE = hoge 𝛒 PE, taai en vrijwel onbreekbaar. 
Rubber:
Elastisch door de veerkracht, beschermt tegen botsingen.
Houdt vloeistoffen en gassen tegen.







Slide 6 - Diapositive

Composiet
  • Combinatie van verschillende materialen, kunststof wat door vezels wordt versterkt
  • Voorbeeld: carbon, toepassing in racefietsen en vliegtuigen
    Glasvezelcomposiet, Gelaagd glas



Slide 7 - Diapositive

3 Groepen materialen
  • Metalen (ijzer, koper, goud)
  • Kunststoffen/plastics (PVC, PET flessen)
  • Composieten (beton, gewapend glas, carbon)

Slide 8 - Diapositive

Waarom Composiet
Hoge sterkte
Laag gewicht
Vrije vormgeving
Lage onderhoudskosten
Positief milieu effect
Lange levensduur
Chemisch bestendig
Diversiteit in uitstraling

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

leerdoelen; Je kunt/kent
  1. drie eigenschappen die belangrijk zijn voor een constructiemateriaal.
  2. uitleggen wat wordt bedoeld met ‘verspanen’ en ‘verspanende bewerkingen’.
  3. toelichten waarom vloeistoffen in glas of in polyetheen worden verpakt.
  4. uitleggen waarom carbonfiber veel wordt toegepast in sportartikelen.

Slide 11 - Diapositive