De Wet van Ohm: Meer dan alleen een formule

• Elektriciteit.
• Buitengewoon secundair onderwijs

De Wet van Ohm: Meer dan alleen een formule

Leerdoelen

Aan het einde van deze les kun je: de wet van Ohm uitleggen, de betekenis van spanning, stroom en weerstand beschrijven, en de wet van Ohm gebruiken om de relatie tussen deze drie grootheden te begrijpen.

Introduceer de leerdoelen en maak duidelijk wat studenten aan het eind van de les moeten weten en kunnen.

Wat weet je al over elektriciteit en de relatie tussen spanning, stroom en weerstand?

Elektrische stroom

Elektrische stroom is de beweging van elektrische lading. Het wordt gemeten in ampères (A).

Begin met een korte beschrijving van elektrische stroom en leg uit hoe het wordt gemeten.

Elektrische spanning

Elektrische spanning is het potentiaalverschil tussen twee punten in een circuit. Het wordt gemeten in volts (V).

Leg uit wat elektrische spanning is en hoe het wordt gemeten. Maak duidelijk hoe het verschilt van elektrische stroom.

Weerstand

Weerstand is de eigenschap van een materiaal of component dat de stroom beperkt. Het wordt gemeten in ohms (Ω).

Definieer weerstand en leg uit hoe het wordt gemeten.

De wet van Ohm

De wet van Ohm stelt dat de stroom gelijk is aan de spanning gedeeld door de weerstand. Dit kan worden geschreven als I=V/R.

Leg de wet van Ohm uit en laat zien hoe het kan worden geschreven als een formule.

Voorbeeld 1

Wat is de stroom in een circuit met een spanning van 12 V en een weerstand van 4 Ω?

Geef een voorbeeld dat laat zien hoe de wet van Ohm kan worden gebruikt om de stroom te berekenen.

Voorbeeld 2

Wat is de weerstand van een component als de spanning 6 V is en de stroom 2 A?

Geef een voorbeeld dat laat zien hoe de wet van Ohm kan worden gebruikt om de weerstand te berekenen.

Ohm's Law Wheel

Laat de Ohm's Law Wheel zien en bespreek hoe het kan worden gebruikt om de formule I=V/R te manipuleren om de stroom, spanning of weerstand te berekenen.

Toon de Ohm's Law Wheel en laat zien hoe het kan worden gebruikt om de formule I=V/R te manipuleren.

Ohmmeter

Laat een afbeelding van een ohmmeter zien en leg uit hoe het gebruikt kan worden om de weerstand van een component te meten.

Toon een afbeelding van een ohmmeter en leg uit hoe het kan worden gebruikt om de weerstand van een component te meten.

Variaties op de Wet van Ohm

Leg uit dat de wet van Ohm alleen geldt voor materialen die een constante weerstand hebben. Bespreek kort de variaties op de wet van Ohm, zoals temperatuureffecten en niet-lineaire componenten.

Maak duidelijk dat de wet van Ohm alleen geldt voor materialen met een constante weerstand en bespreek kort de variaties op de wet van Ohm.

Praktische toepassingen

Beschrijf kort enkele praktische toepassingen van de wet van Ohm, zoals het ontwerpen van circuits en het berekenen van vermogen en energie.

Leg uit hoe de wet van Ohm wordt toegepast in de praktijk en welke voordelen het biedt bij het ontwerpen van circuits.

Belangrijke afhaalberichten

Herhaal de belangrijkste afhaalberichten van de les, zoals de definitie van stroom, spanning en weerstand, de wet van Ohm, en enkele praktische toepassingen.

Herhaal de belangrijkste boodschappen van de les om ervoor te zorgen dat studenten ze begrijpen.

Quiz

Een korte quiz om te testen wat je hebt geleerd.

Geef studenten de kans om hun kennis te testen door middel van een korte quiz.

Quizvragen

1. Wat is elektrische stroom? 2. Wat is de eenheid van elektrische spanning? 3. Wat is weerstand? 4. Wat is de wet van Ohm? 5. Hoe kan de Ohm's Law Wheel worden gebruikt?

Stel vijf korte quizvragen die de belangrijkste concepten van de les testen.

Antwoorden

1. De beweging van elektrische lading. 2. Volts (V). 3. De eigenschap van een materiaal of component dat de stroom beperkt. 4. De stroom is gelijk aan de spanning gedeeld door de weerstand. 5. Om de formule I=V/R te manipuleren om de stroom, spanning of weerstand te berekenen.

Geef de antwoorden op de quizvragen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.