2H1 Grammatica taalkundig: persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord

Boek: vóór dinsdag 13.00 uur!
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Boek: vóór dinsdag 13.00 uur!

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Grammatica woordsoorten
De voornaamwoorden .... 3 van de 8:
1. persoonlijke voornaamwoorden
2. bezittelijke voornaamwoorden
3. aanwijzende voornaamwoorden



Slide 3 - Diapositive

Lesdoelen
1. Je kan 3 kenmerken noemen van een persoonlijk voornaamwoord.
2. Je kan een kenmerk noemen van het bezittelijk en aanwijzend vnw.
3. Je kan de voornaamwoorden herkennen in een zin.
4. Je kan een pers. vnw en een bezittelijk vnw spellen. 

Slide 4 - Diapositive

welke voornaamwoorden?
1. Hij gaat hem in deze klas niet zien. 
2. Ze heeft het niet gemerkt.
3. Wij zijn ingedeeld in haar klas. 
4. Zij gaan jou vertellen waar jouw tas is verstopt. 
5. Maak zelf een zin met een pers. en bezittelijk vnw.
timer
1:00

Slide 5 - Diapositive

Waarom een voornaamwoord?
A. Tante had een boek aan Jan gegeven. Jan bedankte tante voor het boek. Tante vertelde Jan dat het boek erg leuk was.

B. Tante had een boek aan Jan gegeven. Hij bedankte haar voor het boek. Ze vertelde hem dat het erg leuk was. 


Slide 6 - Diapositive

kijkopdracht
Schrijf op:
1. Hoe herken je het pers. vnw in de zin?
2. Hoe herken je het bez. vnw in de zin?
3. Wat is de beste manier om een persoonlijk vnw te herkennen in de zin?

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

persoonlijk voornaamwoord
1. verwijst naar personen, dieren, dingen: het komt 
in plaats van een zelfstandig naamwoord
2. voor = "in de plaats van"
3. je kan het pers. vnw vervangen door een naam. 
4. twee vormen: onderwerpsvorm en voorwerpsvorm.

Slide 9 - Diapositive

Persoonlijk voornaamwoord: 2 manieren:
chromebook wikiwijs 
onderwerpsvorm
voorwerpsvorm
bezittelijk vnw
1e ps ev 
ik
mij (me)
2e ps ev
jij
3e ps ev
hij, zij, het,u
1e ps mv
wij
ons
2e ps mv
jullie
3e ps mv
zij

Slide 10 - Diapositive

persoonlijke, bezittelijke, aanwijzende voornaamwoorden
Lesboek Talent, p. 265.
Chromebook: theorie, oefeningen wikiwijs, filmpje aanwijzend vnw


Slide 11 - Diapositive

Check Lesdoelen
1. drie kenmerken persoonlijk voornaamwoord.
2. een kenmerk bezittelijk en aanwijzend vnw.
3. voornaamwoorden herkennen in een zin.
4. een pers. vnw en een bezittelijk vnw spellen. 

Slide 12 - Diapositive