Tekststructuren H2


Uitleg vaste tekststructuren.

Aan de slag + presenteren

Voorlezen 


timer
5:00
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon


Uitleg vaste tekststructuren.

Aan de slag + presenteren

Voorlezen 


timer
5:00

Slide 1 - Diapositive

Doel van de les 
Je kent zeven verschillende tekststructuren.
Je kunt deze herkennen in verschillende teksten. 

Slide 2 - Diapositive

Welke tekststructuren ken je?

Slide 3 - Carte mentale

Tekststructuren
Argumentatiestructuur 
Aspectenstructuur 
Verklaringsstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 4 - Diapositive

In een verklaringsstructuur staat in de inleiding beschreven een....

Slide 5 - Question ouverte

In een probleem/oplossingsstructuur staat in het slot beschreven de beste....

Slide 6 - Question ouverte

In een verleden/hedenstructuur staat in het middenstuk beschreven de situatie....

Slide 7 - Question ouverte

Welke tekststructuur eindigt met de beste oplossing?
A
Vraag-antwoordstructuur
B
Probleem-oplossingsstructuur
C
Argumentatiestructuur
D
Verklaringsstructuur

Slide 8 - Quiz

Tekststructuren
  • Argumentatiestructuur
  • Aspectenstructuur
  • Voor-nadelenstructuur
  • Vraag-antwoordstructuur 

Slide 9 - Diapositive

Argumentatiestructuur
  • Inleiding: standpunt
  • Middenstuk: argumenten voor het standpunt // tegenargument // weerlegging
  • Slot: herhaling stelling // beantwoorden van de vraag 

Argumentatiestructuur (bijv. een artikel met de titel "Het opvoeden van kinderen is onzin" 

Slide 10 - Diapositive

Aspectenstructuur
  • Inleiding: onderwerp
  • Middenstuk: diverse aspecten van het onderwerp
  • Slot: samenvatting 

Aspectenstructuur (bijv. een artikel met de titel "Welke invloed heeft energydrank op jongeren?" 

Slide 11 - Diapositive

Voor-nadelenstructuur
  • Inleiding: vraag of stelling
  • Middenstuk: voordelen// nadelen
  • Slot: afweging // conclusie 

Voor- nadelenstructuur (bijv. een artikel met de titel "Wat zijn de voor- en nadelen van het starten van een lesdag om 10 uur?"

Slide 12 - Diapositive

Vraag-antwoordstructuur
  • Inleiding: vraag
  • Middenstuk: antwoord 
  • Slot: samenvatting of conclusie 

vraag-antwoordstructuur (bijv. een artikel met de titel "Welke maatregelen kan ik treffen tegen de opwarming van de aarde?" 

Slide 13 - Diapositive

Welke tekststructuur herken je?
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 14 - Diapositive

Welke tekststructuur herken je?
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 15 - Diapositive

Welke tekststructuur herken je?
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 16 - Diapositive

Welke tekststructuur herken je?
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 17 - Diapositive

Aan de slag 
  1. Kies één voorbeeld van een van deze tekststructuren (zie ook blz 12/13 lesboek) in je tijdschrift/krant. 
  2. Plak deze op je vel papier. 
  3. Welke tekststructuur? 
  4. Benoem de kenmerken, bijv. Wat is het probleem/de oplossing
  5. Wat is de inleiding / de kern / het slot? ( met kleurtjes)
  6. Wat is de bron?
 

timer
15:00

Slide 18 - Diapositive

Bespreken / presenteren
Kies samen jullie beste tekst uit.

Bespreek wie deze gaat uitleggen. 

Slide 19 - Diapositive

Nog even checken

Terug naar de LessonUp

Slide 20 - Diapositive

In een verklaringsstructuur staat in de inleiding beschreven een....

Slide 21 - Question ouverte

Een tekst is gebaseerd op de argumentatiestructuur. Wat staat er in de inleiding?

Slide 22 - Question ouverte

Een tekst is gebaseerd op de probleem/oplossingstructuur. Wat staat er in het slot?

Slide 23 - Question ouverte

Een tekst is gebaseerd op de aspectenstructuur. Wat is het schrijfdoel?

Slide 24 - Question ouverte

Welke structuren ken je nu?

Slide 25 - Carte mentale

Ik kan nu meerdere tekststructuren benoemen en vinden bij teksten.
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Sondage