Introductieles identiteit maw h4

• Maatschappijwetenschappen
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Welkom bij maatschappijwetenschappen!

1. Wie ben ik & wie zijn jullie

2. Wat is maatschappijwetenschappen

3.Kennismaking identiteit 

Over mij: 2 leugens 1 waarheid

• M. Boelens ([e-mail])
• Woon in Delft, met mijn vriend.
• Ben 29.

• In de vakantie ben ik aangevallen door honden.
• Ik ben geboren in Emmen.
• Ik heb overgegeven in het vliegtuig.

En jullie...

• Bedenk 2 leugens en 1 waarheid.
• Wissel uit met je buurman/buurvrouw.
• Raad van elkaar wat 'de waarheid' is. 

Heb je de juiste boeken?

• Lesboek en opdrachtenboek (deel 1)

• Neem elke les deze beide mee!!
• Je mag in het opdrachtenboek schrijven,

 een schrift is daarom niet (persé) nodig!

Hoe zie het vak eruit?

• Blader eens (samen) door je boek heen..
• Concept-context benadering -> je gebruikt de concepten die je leert, en deze pas je toe op een bron.
• En: wetenschappelijke vaardigheden!

Toetsen..

P1: 1 SO en 1 toets in de toetsweek

P2: Toets in de toetsweek

P3: Praktische opdracht onderzoek doen

P4: Toets in de toetsweek

Kennismaking: identiteit 

• Persoonlijk: een zelfbeeld - eigenschappen die je hebt en naar andere uitdraagt.
• Sociaal: groepen waarmee je je identificeert - waar je vindt dat je bij hoort en kenmerken mee deelt.
• Collectief: een beeld dat als kenmerkend voor een groep wordt gezien - vaak horen hier stereotypen bij.

Hoe zou jij jezelf omschrijven?

Naar welke muziek luister je het liefst?

Welke van deze groepen mensen spreekt je het meest aan?

Identiteit = kernconcept

- Het beeld dat je van jezelf hebt,

dat je uitdraagt naar anderen

- wat je als kenmerkend en blijvend beschouwd

- en wat is afgeleid van de groepen waar je 

wel/niet bijhoort.

Schrijf op 

• Hoe zou jij jezelf omschrijven (wat is jouw identiteit)?
• Denk aan: karaktereigenschappen (lief/ zorgzaam/ verlegen/ spontaan) dingen die je leuk vindt (tennis/ lezen/ winkelen)/ groepen waarvan je je vrienden kent (sport/ bijbaantje).

1.1 Identiteit 

- Je kunt uitleggen wat een referentiekader is.

- Je kunt uitleggen wat (het kernconcept) identiteit  is. 

- je kunt 3 aspecten van identiteit benoemen en herkennen 

Het geheel van kennis, ideeën, 

ervaringen en overtuigingen van 

waaruit iemand denkt en handelt

 (= je sociale bril)

Referentiekader

Identiteit 

Het beeld dat iemand van zichzelf heeft, uitdraagt en anderen voorhoudt.

...dat hij als kenmerkend en blijvend beschouwt voor zijn eigen persoon

...dat is afgeleid van zijn perceptie over groepen waar hij juist wel of niet deel van uitmaakt.

3 aspecten van identiteit 

Persoonlijke identiteit

• Het beeld dat iemand van zichzelf heeft: zelfbeeld
  

Sociale identiteit

•  Bij welke groep(en)hoor je: groepsidentificatie

(Externe) Collectieve identiteit

• Het beeld dat een samenleving heeft van een groep
  

Persoonlijke identiteit

Denk aan: karaktereigenschappen, 

hoe je je presenteert, hoe je je kleedt.

(Het beeld dat iemand van zichzelf heeft,

 uitdraagt en anderen voorhoudt).

Sociale identiteit

Groepsidentificatie: 

Het deel van iemands

zelfbeeld dat past bij de groepen waar diegene deel van uitmaakt

(kenmerkend en blijvend beschouwd, door groepen waar je deel van uitmaakt)  

Wat is jouw sociale identiteit?

 Oftewel: tot welke groepen reken jij jezelf? 

Schrijf er minimaal 3 op!

Noem 3 kenmerken van deze groepen..

Collectieve identiteit

Datgene wat mensen kenmerkend en blijvend vinden aan een groep 

(over Nederlanders, Friezen, leerlingen/studenten etc.)

(groepen waar je wel of juist niet deel van uitmaakt) 

Maak opdracht 1 uit je werkboek (blz. 8)

Deze bespreken we over 5 minuten

Weektaak

Lees paragraaf 1.1 

Maak opdrachten 1 en 4 uit het werkboek (blz. 9 en 10).

Check

Naam 

1. Welk aspect van identiteit herken je in de afbeelding?

2. Welk gedeelte van de definitie van identiteit past daarbij, waarom?