quiz politiek

1 / 24
suivant
Slide 1: Vidéo
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Waar of niet waar?
Tweede Kamerleden zijn volksvertegenwoordigers.
A
waar
B
Niet waar

Slide 2 - Quiz

Waar of niet waar?
Werkeloosheid is een maatschappelijk probleem, maar geen politiek probleem.
A
waar
B
niet waar

Slide 3 - Quiz

Waar of niet waar?
Normen zijn uitgangspunten die je belangrijk vind in het leven.
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quiz


Hierin staan de belangrijkste rechten van de burgers.
A
Parlement
B
Trias politica
C
Grondwet
D
Rechtspraak

Slide 5 - Quiz

Dit is de wetgevende, de uitvoerende en de rechterlijke macht.
A
Grondwet
B
Trias Politica
C
Parlement
D
Kabinet

Slide 6 - Quiz

Dit is een staatsvorm waarbij de bevolking invloed kan uitoefenen op de besluitvorming.
A
Dictatuur
B
Rechtsstaat
C
Rechtspraak
D
Democratie

Slide 7 - Quiz

Waarom moet de overheid zorgen voor politie, rechtspraak, onderhoud van de wegen en zorg voor ouderen?
A
Deze taken leveren veel werkgelegenheid op.
B
Het zijn taken van algemeen belang.
C
Het zijn taken die veel geld kosten.
D
Over de uitvoering van deze taken bestaan veel meningsverschillen.

Slide 8 - Quiz

Welk kenmerk van de parlementaire democratie wordt aangetast als de onafhankelijkheid van de rechters afneemt?
A
De politieke macht ligt bij het parlement.
B
Er is een machtenscheiding.
C
Er zijn grondrechten.
D
De burgers hebben de macht.

Slide 9 - Quiz

Deze partij vindt dat abortus en euthanasie altijd verboden moeten zijn.
A
PvdA
B
VVD
C
D66
D
CDA

Slide 10 - Quiz

Deze partij wil dan Nederland zo min mogelijk nieuwe immigranten toelaat.
A
PvdA
B
CDA
C
PVV
D
D66

Slide 11 - Quiz

Deze stroming heeft gelijkwaardigheid als uitgangspunt en wil een actieve overheid.
A
Liberale stroming
B
Christen Democratische stroming
C
Populistische stroming
D
Sociaal Democratische Stroming.

Slide 12 - Quiz

We kennen in Nederland verschillende politieke stromingen. Welke partij hoort tot de ecologische stroming?
A
D66
B
PvdA
C
VVD
D
GroenLinks

Slide 13 - Quiz

Welke partij hoort bij de Christen-Democratische Stroming?
A
SGP
B
50plus
C
D66
D
PVV

Slide 14 - Quiz

De koning heeft de taak om zijn handtekening onder alle wetten te zetten. Dit noem je:
A
een officiële functie
B
een representatieve functie
C
een symbolische functie
D
een ceremoniële functie

Slide 15 - Quiz

De volksvertegenwoordigers van ons land zitten in:
A
Het Kabinet
B
Het Parlement
C
De Regering
D
De Monarchie

Slide 16 - Quiz

Het Kabinet bestaat uit.
A
het staatshoofd en de ministers
B
de leider van de grootste partij
C
ministers en staatssecretarissen
D
de politieke partijen die niet in de regering zitten

Slide 17 - Quiz

De oppositie bestaat uit:
A
de politieke partijen die niet in de regering zitten
B
hulpministers
C
het staatshoofd en de ministers
D
de koning

Slide 18 - Quiz

Hoe noem je het parlementaire recht om een wetsvoorstel in te dienen?
A
Budgetrecht
B
Recht van initiatief
C
recht van Amendement
D
Stemrecht

Slide 19 - Quiz

Hoe noem je het parlementaire recht om de begroting goed of af te keuren?
A
budgetrecht
B
recht van initiatief
C
vragen recht
D
motierecht

Slide 20 - Quiz

Waarom bestaat ons kabinet uit meerdere partijen?
A
Dan hebben de politieke partijen veel invloed op het beleid.
B
Dan heeft het kabinet meer macht.
C
Ze moeten steunen op een meerderheid in de Tweede Kamer.
D
Het is democratischer als meerdere partijen een kabinet vormen.

Slide 21 - Quiz

Wie of wat vormt het dagelijks bestuur van de gemeente?
A
de burgemeester
B
de gemeenteraad
C
de wethouders
D
het college van B en W

Slide 22 - Quiz

Wat is een taak van het Europees Parlement?
A
Meebeslissen over wetten voor alle lidstaten.
B
Controleren van de regeringen van de lidstaten.
C
Wetsvoorstellen maken die voor alle lidstaten gelden.
D
Uitvoeren van wetten van de Europese Unie.

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Vidéo