Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Tekst 15
Een astma-aanval: een voorbereiding op de dood
Slide 1 - Diapositive
Vergelijk tekst met vertaling
De volgende vertaling is van de hand van Ben Bijnsdorp.
De vertaler wijkt soms af van de Latijnse grammaticale structuur en voegt soms tekstelementen toe ter verduidelijking van de inhoud.
Als je een Latijnse tekst bestudeert, kun je een vertaling prima als hulpmiddel gebruiken. Maar je moet uiteindelijk áltijd voor ogen houden het Latijn te begrijpen.
Slide 2 - Diapositive
SENECA GROET ZIJN DIERBARE LUCILIUS.
Ziekte had mij een lange vakantie gegund. Maar plotseling overviel hij mij toch weer. 'Wat voor een', hoor ik je zeggen. Heel terecht vraag je me dat: zozeer is geen enkele variant mij onbekend.
Toch ben ik aan één ziekte als het ware uitgeleverd, waarvan ik niet zou weten waarom ik hem met zijn Griekse naam (asthma) zou aanduiden, want hij kan voldoende getypeerd worden als 'benauwdheid'.
Slide 3 - Diapositive
Zo'n aanval duurt maar kort en lijkt op een stormvlaag, binnen ongeveer een uur houdt hij weer op: wie kan immers langdurig de laatste adem uitblazen?
Alle denkbare kwalen hebben me bezocht: geen enkele lijkt mij lastiger. 'Hoezo?' Al het andere, wat er ook is, betekent 'ziek zijn', maar dit 'de laatste adem uitblazen'.
Daarom spreken dokters hierover als 'oefening in het sterven'. Ooit doet de geest immers wat ze vaak geprobeerd heeft.
Slide 4 - Diapositive
6.54.3. Denk je dat ik je dit opgewekt schrijf omdat ik eraan ontsnapt ben? Ik handel even bespottelijk als ik gnuif over deze afloop alsof het om een goede gezondheid gaat als degene die denkt dat hij een rechtszaak gewonnen heeft wanneer hij de dag van het proces uitgesteld heeft.
6.54.3. Denk je dat ik je dit opgewekt schrijf omdat ik eraan ontsnapt ben? Ik handel even bespottelijk als ik gnuif over deze afloop alsof het om een goede gezondheid gaat als degene die denkt dat hij een rechtszaak gewonnen heeft wanneer hij de dag van het proces uitgesteld heeft.
Slide 5 - Diapositive
SENECA GROET ZIJN DIERBARE LUCILIUS.
Waarop is 'dierbare' gebaseerd?
Slide 6 - Question ouverte
'Ziekte had mij een lange vakantie gegund'
Welk tekstelement correspondeert met 'ziekte'?
Slide 7 - Question ouverte
'Ziekte had mij een lange vakantie gegund'
Welk tekstelement correspondeert met 'dederat'?
Slide 8 - Question ouverte
'Wat voor een', hoor ik je zeggen.
Verklaar de toevoeging 'hoor ik'
Slide 9 - Question ouverte
nullum (r.3)
Waarnaar verwijst dit, grammaticaal?
A
longum commeatum (r.2)
B
me (r.2)
C
genere (r.3)
D
prorsus (r.3)
Slide 10 - Quiz
tamen (r.4) markeert een tegenstelling.
Citeer de twee woorden die de kern van deze tegenstelling vormen.
Slide 11 - Question ouverte
appellem (r.5)
Verklaar het gebruik van de modus.
Slide 12 - Question ouverte
Vergelijkingen
Een vergelijking bestaat uit drie delen:
beeld
afgebeelde
tertium comparationis / punt van overeenkomst
'Zei Noortje dat het gaat regenen? O - ze is zó'n Cassandra!'
Beeld: Cassandra
Slide 13 - Diapositive
rr. 5-6: brevis t/m impetus
Er is hier sprake van een vergelijking. Wat is het afgebeelde?
A
morbus
B
procella
C
impetus
D
brevis
Slide 14 - Quiz
rr. 5-6: brevis t/m impetus
Er is hier sprake van een vergelijking. Wat is het beeld?
A
morbus
B
procella
C
impetus
D
brevis
Slide 15 - Quiz
rr. 5-6: brevis t/m impetus
Er is hier sprake van een vergelijking. Wat is het tertium comparationis?
Slide 16 - Question ouverte
Bijnamen van sporters
Arjen Robben: de Man van glas
Robert Gesink: de Condor van Varsseveld
Ruud Gullit: de Zwarte Tulp
Bep van Klaveren (bokser): The Dutch Windmill
Weinig bijnamen voor vrouwelijke sporters. Bedenk er nu een!
Slide 17 - Diapositive
r.5 brevis
congrueert met:
A
valde
B
procellae
C
impetus
D
horam
Slide 18 - Quiz
r7: omnia corporis aut incommoda aut pericula per me transierunt
Citeer het tekstelement waarin Seneca eerder ongeveer hetzelfde zei.
Slide 19 - Question ouverte
r.8: molestius
Wat is de woordsoort?
A
bijv. nw. (stellende trap)
B
bijwoord (vergrotende trap)
C
bijv. nw (vergrotende trap)
D
bijwoord (stellende trap)
Slide 20 - Quiz
Huiswerk 25 / 5
Vert. tekst 15 t/m r.17 (esse)
Bedenk een bijnaam voor een bekende vrouwelijke atleet met een mooi tertium comparationis. Géén clichés met leeuwen of gazellen of herten.