Lesson 2 past simple

1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Aim:
At the end of this lesson:

you have repeated the
 past simple and the possessive

Slide 2 - Diapositive

Programme
1. check homework pages 53, 54, 55
2. discuss past simple
3. discuss possessive
4. homework

Slide 3 - Diapositive

Past simple

Slide 4 - Diapositive

He never chose the normal route

Richard's career began......

At the age of fifteen he started a magazine

He didn't stop there

Slide 5 - Diapositive

Past Simple
Je gebruikt de Past Simple als iets gebeurd is in de verleden tijd en ook beëindigd is.

Wij noemen de Past Simple de Verleden Tijd.


Slide 6 - Diapositive

 Regelmatige werkwoorden (rww)

Achter het werkwoord plaats je 'ed'

I walk -> I walked
it rains-> it rained
they beg-> they begged

Slide 7 - Diapositive

 RWW Spelling
Als een werkwoord eindigt op -e, dan komt er in de past simple alleen een -d achter:
I live - I lived
you move - you moved

In de past simple wordt de laatste medeklinker verdubbeld als er één klinker voor staat:
I drop - I dropped
they plan - they planned

Slide 8 - Diapositive

 RWW Spelling
Als een werkwoord eindigt op -y, dan komt er in de past simple een -ied achter:
I carry- I carried
you study- you studied

In de past simple komt er een -ed achter als er een klinker voor staat:
I play - I played

Slide 9 - Diapositive

Past Simple - Onregelmatige werkwoorden

Sommige werkwoorden zijn onregelmatig (OWW) en dat betekent dat ze geen '-ed' krijgen maar hun eigen vorm hebben.

to write  -> wrote    I wrote her a letter last week.
to go       -> went      He went to Italy last year.
to make -> made     They made a very nice meal two days ago.


Slide 10 - Diapositive

Past Simple - OWW

Er zijn geen regels voor de OWW, je moet ze uit je hoofd leren. Je pakt voor de Past Simple de 2e kolom.

see - saw - seen
come - came - come

Slide 11 - Diapositive

Past Simple - Vraag/Ontkenning

Vraagzinnen
Did + hele ww (1e kolom):
Did you walk to school yesterday?

Ontkennende zinnen
Didn't + hele www (1e kolom):
You didn't walk to school yesterday.

Slide 12 - Diapositive

Past Simple - Signaalwoorden

In de zin staan vaak een tijdsbepaling van verleden tijd.

  • yesterday
  • last week
  • ten minutes ago
  • in 2007
  • this morning

Slide 13 - Diapositive

Je gebruikt de Past Simple als...
A
iets gebeurd is in de toekomst
B
iets iedere dag gebeurt
C
iets gebeurd is in het verleden en afgerond is
D
iets nog niet gebeurd is

Slide 14 - Quiz


Wat is de Past Simple van go
A
gone
B
went
C
goed
D
goes

Slide 15 - Quiz


Wat is de Past Simple van tell
A
told
B
tolded
C
telled
D
tolt

Slide 16 - Quiz


Wat is de Past Simple van see
A
saw
B
seen
C
see
D
seed

Slide 17 - Quiz


Wat is de Past Simple van think
A
tought
B
taught
C
thought
D
thinked

Slide 18 - Quiz


Wat is de Past Simple van study
A
studyd
B
studyied
C
studyed
D
studied

Slide 19 - Quiz

Noem een onregelmatig werkwoord

Slide 20 - Carte mentale

Slide 21 - Diapositive

possessive
Richard's motto: 

Don't let the word "can't" stop you - just do it


Slide 22 - Diapositive

possessive
One of the many challenges of his life was crossing the Atlantic Ocean

Slide 23 - Diapositive

possessive
His parents' adventures

Slide 24 - Diapositive

When do you use
" 's"?

Slide 25 - Carte mentale

When do you use
" '"

Slide 26 - Carte mentale

When do you use
of

Slide 27 - Carte mentale

BEZIT: ’S / S’ OR …OF…


Je gebruikt ’s of ’ achter een woord om aan te geven van wie iets is.

Bij enkelvoud: altijd ’s.
Bij meervoud: eindigt het woord op -s alleen ’

Slide 28 - Diapositive

enkelvoud                              meervoud


Peter’s rabbit                         those girls’ pets.
Oscar’s illustrations              the pupils’ parents
Lucie’s online journal          old people’s names

Slide 29 - Diapositive

Als je het hebt over dingen, plaatsen of landen, kun je … of … gebruiken:


the back of the car
the doors of the houses
the cities of Ireland

Slide 30 - Diapositive

He never chose the normal route

Richard's career began......

At the age of fifteen he started a magazine

He didn't stop there

Slide 31 - Diapositive

Do: workbook pages 56 and 57
timer
5:00

Slide 32 - Diapositive

Homework

Slide 33 - Diapositive

Thanks for your attention
      Wait for            Push your chair         Throw away
      the bell             under the table            your litter

Slide 34 - Diapositive