Na de lockdown l2b

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

EINDELIJK WEER 

met z'n allen NAAR SCHOOL!!

PLANNING 

JUNI 2021

toets woordenschat (1x): donderdag 10-6

debat groep B: donderdag 17-6

debat groep C: vrijdag 18-6

3e boekverslag: dinsdag 8-6

toets lezen: toetsweek

Tijdens de online lessen hield mijn moeder ook nog .... in het zeil

1. een reefje
2. een blikje
3. een oogje
4. een vouwtje

Hoeveel heb je sinds de lockdown gelezen?

1. Niet
2. 1 boek
3. 2 boeken
4. meer dan twee boeken

Hoe heb je je gevoeld tijdens de lockdown?

1. 
2. 
3. 
4. 

Tijdens de lockdown ................ er helaas maar weinig op school.

1. gebeurt
2. gebeurdt
3. gebeurd

Wij blijven vandaag thuis omdat er een landelijke lockdown is.
is =

1. zelfstandig werkwoord
2. hulpwerkwoord
3. koppelwerkwoord

Wat is het woord 'lockdown' voor woordsoort?

1. bijvoeglijk naamwoord
2. werkwoord
3. bezittelijk voornaamwoord
4. zelfstandig naamwoord

Wij blijven vandaag thuis omdat er een landelijke lockdown is.
blijven =

1. zww
2. hww
3. kww

De lockdown wordt in Nederland opgeheven.

1. feit
2. mening

Wij slaan ons met vallen en ... een weg door de lockdown.

1. opstaan
2. opkrabbelen
3. omvallen
4. verbinden

Wat is het woord van het jaar 2020?

1. anderhalvemeter-samenleving
2. lockdownfeestje
3. spatscherm
4. viruswappie

PV tt -d of -t?
Kies de juiste schrijfwijze:

1. De docent verbaasd zich nog altijd over L2b.
2. Diego speldt de woorden beter dan ik.
3. De lockdown ontregelt het openbare leven.
4. Wanneer word jouw docent ontslagen?

Nederlanders hamsterden in het begin van de corona-lockdown karren vol wc-papier, macaroni, koffie en thee.

Welk verband zie je?

1. tegenstelling
2. opsomming
3. chronologie
4. conclusie

Saïf deed zijn camera aan zonder blikken of ...

1. klikken
2. blozen
3. slikken
4. blazen

Als we weer in lockdown gaan, word ik .... (duivel)

1. de duivel
2. des duivel
3. des duivels
4. duivels

Hoe waren de hybride lessen voor jou?

1. Echt heel erg vervelend
2. Niet zo fijn
3. Geen probleem
4. Super fijn!

Hoe was je eerste dag terug op school?

1. Fijn, vooral om iedereen weer te zien
2. Een beetje raar, korte lessen...
3. Veel te chaotisch
4. Ik was liever thuis gebleven.

De eerste dag weer terug op school was een feestje.
Een feestje = ...

1. naamwoordelijk deel van het gezegde
2. lijdend voorwerp

Wat ga je missen van de lockdown?

wat verwacht je van de komende drie weken school?

En waarop verheug je je het meest!?

volgende les:

donderdag 10 juni van 13.15-14.20 uur

* TOETS woordenschat

h4-6