2ha Spelling H6 (maandag 23 jan)

WELKOM 2HA

  • Neem plaats volgens de plattegrond.
  • Pak alvast je boek (blz. 194-195) en schrift.
timer
3:00
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

WELKOM 2HA

  • Neem plaats volgens de plattegrond.
  • Pak alvast je boek (blz. 194-195) en schrift.
timer
3:00

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

1. De planning voor deze week doornemen.
2. Spelling H6 aan elkaar of los afronden.
3. Een start maken met Spelling H6 werkwoorden.
Wat gaan we vandaag doen?

Slide 3 - Diapositive

Datum
Planning
maandag 23 jan
Spelling H6 deel 1 afronden en beginnen aan Spelling H6 deel 2
woensdag 25 jan
Spelling H6 deel 2 afronden
donderdag 26 jan
Herhaling + vragen (of oefentoets?)
maandag 30 jan
SO Spelling H4-H6

Slide 4 - Diapositive

  • Je hebt Spelling H4-H5 afgerond en hierover vragen kunnen stellen.
  • Je kunt bepalen of je een woord aan elkaar of los moet schrijven.
  • Je hebt de uitleg van Spelling H6 werkwoorden overgenomen.
Lesdoelen

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Planning tot aan
de toestweek
Deze les: 
Het huiswerk kort bespreken.
Uitleg Lezen H3.
Werken aan opdracht 1, 2 en 3.
Gezamenlijk afronden met een aantal vragen.

Slide 7 - Diapositive

Spelling H4 - opdracht 2
4. Evelien ... (reageren) verbaasd, als haar vriendin ... (e-mailen) in plaats van ... (appen). 
5.  Albert ... (vermoeden) dat zijn zus zich overal mee ... (bemoeien) nu het vakantie is.
6. Voor de pauze werd de operazangeres nog ... (uitgejoelen), maar aan het einde van de avond ... (juichen) de bezoekers haar toe.

Slide 8 - Diapositive

Bestaat uit twee delen. Deel één gaat over woorden aan elkaar of los schrijven en deel twee gaat over werkwoordspelling. Vandaag focussen we ons op deel één.
Spelling H6

Slide 9 - Diapositive

Samenstellingen worden in het Nederlands aan elkaar geschreven: deurbel, broodmes. Ze hebben één klemtoon.
tennisracket, trainingsbroek.

Maar let op: professioneel racket, goedkope broek.
Aan elkaar of los?

Slide 10 - Diapositive

  • Samenstellingen van drie woorden of minder (banketstaaf, bruinebonensoep).
  • Veel samengestelde werkwoorden: autorijden, koffiedrinken, losmaken.
  • 'Er, hier, daar, waar' + voorzetsel: hierom, erachter, daarheen.
De volgende woorden
schrijf je aan elkaar

Slide 11 - Diapositive

  • Getallen met honderd en duizend (honderdtachtig, negentienduizend)
  • Veel samengestelde bijvoeglijke naamwoorden met een deelwoord als twee deel (veeleisend, stomverbaasd, dolblij).
De volgende woorden
schrijf je aan elkaar

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Aan de slag
Maak opdracht 1 t/m 4
Spelling H6 (blz. 194-195)
of
Maak een (Powerpoint) presentatie waaruit blijkt dat jij de stof van Spelling H6 begrijpt (veel voorbeelden en afbeeldingen). Deze presentatie kan ik de volgende les gebruiken om de uitleg te herhalen.
timer
10:00

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Spelling H6 werkwoorden

Opdracht 1
1. Als hij over zijn grote ambities vertelt, verbaast Cas de docent.
2. Tegenover haar vriendin beweert Monica dat ze snel verbrandt in de zon.
3. De schrijver bevestigt dat hij zich altijd in zijn onderwerp verdiept.
4. Ernstig belooft de relschopper dat hij gedrag verbetert.


Slide 16 - Diapositive

Spelling H5 - opdracht 2
1. De NS ... (berichten) de reizigers gisteren te laat over de ontstane vertraging, waardoor ze een uur ... (staan) te ... (wachten) in de kou. 
2. De ... (opscheppen) ravioli was veel te veel ... (afkoelen), waardoor het eten de gasten niet meer ... (smaken).
3. ... (Vinden) je dat de receptionist je vragen inmiddels correct ...(beantwoorden)?

Slide 17 - Diapositive

  • Hoe staat het ervoor?
  • Wat gaat al goed? 
  • Wat kan nog beter? 
  • Wat doe je elke les om aan je persoonlijke leerdoelen te werken?
Jouw persoonlijke leerdoelen
blik terug en beantwoord de vragen
timer
5:00

Slide 18 - Diapositive

In welke gevallen schrijf je woorden aan elkaar?
Noem één van de vijf gevallen en geef hierbij een voorbeeld.

Slide 19 - Question ouverte

Geef een voorbeeld van een samenstelling van drie woorden die je aan elkaar schrijft (een andere dan uit het boek natuurlijk).

Slide 20 - Question ouverte

Aan elkaar
Los
wind+dicht
goede+grap
dol+blij
groene+trui

Slide 21 - Question de remorquage

  • Je hebt Spelling H4-H5 afgerond en hierover vragen kunnen stellen.
  • Je kunt bepalen of je een woord aan elkaar of los moet schrijven.
  • Je hebt de uitleg van Spelling H6 werkwoorden overgenomen.
Lesdoelen

Slide 22 - Diapositive