Verder met woordformules

Ga naar Lessonup.com
Links onderin dit scherm staat de code van de les
Vul deze code rechts bovenin jouw scherm in
Gebruik je eigen naam 
1 / 45
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 45 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Ga naar Lessonup.com
Links onderin dit scherm staat de code van de les
Vul deze code rechts bovenin jouw scherm in
Gebruik je eigen naam 

Slide 1 - Diapositive

Weet je nog?

Slide 2 - Diapositive

5d betekent:
A
5 dagen
B
5d
C
5d
D
5+d

Slide 3 - Quiz

Bij de woordformule bereken ik eerst:
t=216h
A
216
B
6h
C
t21
D
6t

Slide 4 - Quiz

Opdracht 81a
Blz. 80

Slide 5 - Diapositive

Opdracht 81a
Blz. 80
Woordformule: 


b=40n+150

Slide 6 - Diapositive

Opdracht 81a
Blz. 80
5 dagen huren dus n = 5
Woordformule: 


b=40n+150

Slide 7 - Diapositive

Opdracht 81a
Blz. 80
5 dagen huren dus n = 5
Woordformule: 


b=40n+150
405+150=b
Invullen geeft:

Slide 8 - Diapositive

Opdracht 81a
Blz. 80
5 dagen huren dus n = 5
Woordformule: 


b=40n+150
405+150=b
Invullen geeft:
b = 350

Slide 9 - Diapositive

Opdracht 81b
Blz. 80

Slide 10 - Diapositive

Opdracht 81b
Blz. 80
Deze vraag kan je op twee manieren oplossen.
Manier 1:

Slide 11 - Diapositive

Opdracht 81b
Blz. 80
Manier 1:
Kies twee getallen waarvan de een 8 groter is dan de ander.
Bijvoorbeeld 2 en 10
b=40n+150

Slide 12 - Diapositive

Opdracht 81b
Blz. 80
Manier 1:
Kies twee getallen waarvan de een 8 groter is dan de andere.
Bijvoorbeeld 2 en 10
b=40n+150
Invullen geeft: 
                                        en 
402+150=230
4010+150=550

Slide 13 - Diapositive

Opdracht 81b
Blz. 80
Manier 1:
Kies twee getallen waarvan de een 8 groter is dan de andere.
Bijvoorbeeld 2 en 10
b=40n+150
Invullen geeft: 
                                        en 
402+150=230
4010+150=550
Het verschil is: 
550230=320

Slide 14 - Diapositive

Maar het kan sneller!

Daarvoor moeten we eerst kijken naar wat de getallen in de formule eigenlijk betekenen

Slide 15 - Diapositive

b=40n+150

Slide 16 - Diapositive

150 euro zijn de kosten die je één keer betaald om de auto te huren 
b=40n+150

Slide 17 - Diapositive

150 euro zijn de kosten die je één keer betaald om de auto te huren 

40 euro zijn de kosten die je per dag dat je de auto huurt betaald
b=40n+150

Slide 18 - Diapositive

Opdracht 81b
Blz. 80
Manier 2:

Welk deel van de woordformule veranderd als er meer dagen wordt gehuurd?
b=40n+150

Slide 19 - Diapositive

Opdracht 81b
Blz. 80
Manier 2:

Welk deel van de woordformule veranderd als er meer dagen wordt gehuurd?
Het deel 
b=40n+150
40n

Slide 20 - Diapositive

Opdracht 81b
Blz. 80
Manier 2:

Welk deel van de woordformule veranderd als er meer dagen wordt gehuurd?
Het deel 

Per dag komt er dus 40 euro bij
b=40n+150
40n

Slide 21 - Diapositive

Opdracht 81b
Blz. 80
Manier 2:

Welk deel van de woordformule veranderd als er meer dagen wordt gehuurd?
Het deel 

Per dag komt er dus 40 euro bij!

8 dagen meer huren betekent dus: 
b=40n+150
40n
408=320

Slide 22 - Diapositive

Opdracht 81c
Blz. 80

Slide 23 - Diapositive

Opdracht 81c
Blz. 80
We weten nu het bedrag dus b.

Slide 24 - Diapositive

Opdracht 81c
Blz. 80
We weten nu het bedrag dus de b uit de formule.
De formule wordt: 
40n+150=470

Slide 25 - Diapositive

Opdracht 81c
Blz. 80
We weten nu het bedrag dus b.
De formule wordt: 

Deze kunnen we oplossen door terug te rekenen
40n+150=470

Slide 26 - Diapositive

Opdracht 81c
Blz. 80
We weten nu het bedrag dus b.
De formule wordt: 
Deze kunnen we oplossen door terug te rekenen:


40n+150=470
470150=320
We halen 150 eraf: 

Slide 27 - Diapositive

Opdracht 81c
Blz. 80
We weten nu het bedrag dus b.
De formule wordt: 
Deze kunnen we oplossen door terug te rekenen:
We halen 150 eraf:

 
40n+150=470
470150=320
40n=320
De nieuwe formule wordt:

Slide 28 - Diapositive

Opdracht 81c
Blz. 80
We weten nu het bedrag dus b.
De formule wordt: 
Deze kunnen we oplossen door terug te rekenen:
We halen 150 eraf:

De nieuwe formule wordt: 
40n+150=470
470150=320
40n=320
Dus iets keer 40 is 320. Hoeveel is dit iets?

Slide 29 - Diapositive

Opdracht 81c
Blz. 80
De nieuwe formule wordt: 
40n=320
Dus iets keer 40 is 320. Hoeveel is dit iets?
                           320 : 40 = 8

Dus er is voor 8 dagen gehuurd

Slide 30 - Diapositive

Opdracht 82
Blz. 80

Slide 31 - Diapositive

Opdracht 82
Blz. 80
We werken eigenlijk met twee formules!

Slide 32 - Diapositive

Opdracht 82
Blz. 80
We werken eigenlijk met twee formules!

De formule van opdracht 81: 

En de formule voor na twee weken: 
b=40n+150

Slide 33 - Diapositive

Opdracht 82
Blz. 80
We werken eigenlijk met twee formules!

De formule van opdracht 81: 

En de formule voor na twee weken: 
b=40n+150
b=35n

Slide 34 - Diapositive

Opdracht 82
Blz. 80
We werken eigenlijk met twee formules!

De formule van opdracht 81: 
En de formule voor na twee weken:

Waarom alleen 35n? 
b=40n+150
b=35n

Slide 35 - Diapositive

Opdracht 82
Blz. 80
b=40n+150
b=35n
Ook weten we het bedrag, namelijk: 1025 euro

Slide 36 - Diapositive

Opdracht 82
Blz. 80
b=40n+150
b=35n
Verder weten we het bedrag, namelijk: 1025 euro
Hoe ga je nu verder?

Tip: bereken eerst het bedrag voor de eerste 2 weken
timer
2:00

Slide 37 - Diapositive

Opdracht 82
Blz. 80
b=40n+150
b=35n
Het totale bedrag is 1025 euro
Tip: bereken eerst het bedrag voor 2 weken
Oplossing:
4014+150=710

Slide 38 - Diapositive

Opdracht 82
Blz. 80
b=40n+150
b=35n
Het totale bedrag is 1025 euro
Tip: bereken eerst het bedrag voor 2 weken
Oplossing:
4014+150=710
1025710=315
35n=315

Slide 39 - Diapositive

Opdracht 82
Blz. 80
b=40n+150
b=35n
Oplossing:
4014+150=710
1025710=315
35n=315
315 : 35 = 9

Slide 40 - Diapositive

Opdracht 82
Blz. 80
b=40n+150
b=35n
We hadden 14 dagen uit de eerste formule
En 9 dagen uit de tweede formule 

Het totaal aantal dagen is dan:
14 + 9 = 23 dagen 

Slide 41 - Diapositive

Zelf aan de slag
timer
5:00
5 minuten zelfstandig

Opdracht 81 t/m 86

Klaar? = Vragenlijst invullen 

Slide 42 - Diapositive

Hoe vond je de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 43 - Sondage

Tips en Tops

Slide 44 - Question ouverte

Waar wil je de volgende les nog een keer uitleg over?

Slide 45 - Question ouverte