5.1 Orientatie

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Hallo!

Niet vergeten;

- Telefoon in je kluis! Zie ik hem wel? Dan ben je hem kwijt tot het einde van de dag.

- Wil je iets zeggen of vragen? Steek je hand omhoog.

- Laptops op tafel.

In welke tijdvak zijn wij nu?

1. Tijdvak 1
2. Tijdvak 8
3. Tijdvak 7
4. Tijdvak 3

Wat is de naam van tijdvak 3?

1. Tijd van monniken en ridders
2. Tijd van burgers en stoommachines
3. Tijd van wereldoorlogen
4. Tijd van Grieken en Romeinen

Wat weet jij al van monniken en ridders?

5.1 Oriëntatie

B1

Dagmenu

1. Introductie                       (5min)

2. Oriëntatie                        (15min)

3. Opdrachten                     (15min)

4. Afsluiting                          (5min)

Tijd van steden en staten

Waarover gaat dit hoofdstuk?

Woon jij in een stad? Als je er niet woont, kom je er vast wel eens. Je gaat er winkelen. Of je gaat er naar school. Er is een centrum met veel winkels. En er zijn huizen en flats waar mensen wonen. In een stad zijn ook scholen, ziekenhuizen en een sporthal. Veel steden die jij nu kent, zijn ontstaan in de Tijd van steden en staten, de late Middeleeuwen. Maar een middeleeuwse stad zag er heel anders uit dan een stad nu.

Waarover gaat dit hoofdstuk?

In de Tijd van monniken en ridders leefden de meeste mensen in dorpjes. Bijna iedereen was boer. Na het jaar 1000 veranderde dat. Er kwamen nieuwe steden. De mensen in de stad waren handelaar of ambachtsman. Een stad lag in het gebied van een graaf. Maar de mensen in de stad wilden graag eigen baas zijn. De graaf kon dan stadsrechten geven aan een stad. Het gevolg was dat steden heel machtig werden.

Willibrord en Bonifatius

Willibrord was een monnik uit Engeland. Hij werd de bisschop van Utrecht, in het gebied van de Franken. Van daaruit trok hij naar het gebied van de Friezen. Hij wilde de Friezen overhalen om christen te worden. Dat was heel gevaarlijk. De Friezen moesten niets van het christendom hebben. Willibrords opvolger, Bonifatius, werd door de Friezen zelfs vermoord.

Welk tijdvak zijn we nu in terecht gekomen?

1. Wereldoorlogen 1900-1950
2. Grieken en Romeinen 500 v. Chr - 500
3. Monniken en ridders 500-1000
4. Steden en Staten 1000-1500

Wat voor democratie is Nederland?

1. Directe democratie
2. Indirecte democratie
3. Geen democratie
4. Wat is democratie? Kan ik dat eten?

Opdrachten/Huiswerk

Maak op Learnbeat:

5.1 Oriëntatie

Volgende les: 5.2 Nieuwe steden