Weekritme 1, les 1 (3E16)

• Beroepsoriëntatie
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1,2

PSO les 1 

PSO

Praktische Sector 

Oriëntatie

Afkorting P.S.O

De vier sectoren op onze school

1. Techniek
2. Natuur
3. Voeding en Dienstverlening
4. Economie & Handel

Sector techniek

Techniek

• In deze sector ben je veel bezig met machines en gereedschap.
• Je werkt graag met je handen.
• Soms werk je ook met (grote) machines.
• Je repareert en onderhoudt bijvoorbeeld fietsen.

Beroepen bij sector techniek

Economie & Handel

Economie & Handel

• Je vindt het leuk om met mensen en goederen om te gaan.
• En met cijfers.
• Je kunt precies werken.
• Je werkt bijvoorbeeld in een winkel achter de kassa.

Beroepen bij sector E&H

Voeding en dienstverlening

Voeding en Dienstverlening

• Je werkt met voedsel bijvoorbeeld in een keuken van een cateringbedrijf of kantine.
• Jij staat altijd voor mensen klaar en geeft hulp aan mensen die dat nodig hebben.

Beroepen bij sector VD

Natuur

Natuur 

• Je vindt het leuk om buiten te 
• Je werkt in en met de natuur
• Je vindt het leuk om met dieren te werken

Beroepen bij sector natuur

Filmpjes over alle sectoren

In de volgende dia tref je allemaal filmpjes aan over beroepen die onderverdeeld zijn in de sectoren. Maar let op! Op onze school hebben wij maar 4 sectoren.

Tekstfilmpjes komen uit de lesmethode de 4 sectoren van StruX

clip.strux.nl

Tekst

Tekst

Natuur 

Economie en handel 

Techniek 

Voeding en dienstverlening

werken in de winkel 

werken in de keuken 

werken in de metaal 

werken in de bakkerij 

werken in de bediening 

werken in de houtbranche

werken in het

magazijn 

werken in de schoonmaak 

 werken in het groen 

Bij welke sector past dit beroep?

1. Handel en economie
2. Natuur
3. Techniek
4. Voeding en dienstverlening

Past dit bij de sector Natuur?

1. Nee
2. Ja

Bij welke sector zou je hiermee kunnen werken?

1. Natuur
2. Techniek
3. Handel en economie
4. Voeding en dienstverlening

Bij welke sector zou je assistent in de keuken kunnen worden?

1. Handel en economie
2. Techniek
3. Voeding en dienstverlening
4. Natuur

Je gebruikt werktuigen, zoals takkenschaar en een strimmer.

1. Sector: Techniek
2. Sector: Economie en handel
3. Sector: Natuur
4. Sector: Voeding en dienstverlening

Je gebruikt machines zoals een opbol-machine en een deegkneder

1. Sector: Natuur
2. Sector: Voeding en dienstverlening
3. Sector: Economie en handel
4. Sector: Techniek

Welk beroep hebben jouw ouders?

Bij welke sector hoort dit beroep?

Wat zijn jouw favoriete beroepen? Bij welke sector horen de beroepen?

Wat moet je allemaal kunnen voor jouw wensberoep?

Wat moet je allemaal leren voor jouw wensberoep?

We noemen dit werknemersvaardigheden

Werknemersvaardigheden:

- Samenwerken en overleggen

- Plannen en organiseren

- Op tijd komen

- Werkkleding in orde 

- Luisteren naar een coach

- Concentratie 

- Netjes taalgebruik

Waarom is het maken van een juiste sector keuze zo belangrijk?

Wat heb je onthouden van deze les?