Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Thema wonen
Slide 1 - Diapositive
Wonen
Slide 2 - Carte mentale
Doel van dit thema
Dit thema gaat over waar je woont en met wie je daar woont.
Het gaat over waar je graag zou willen wonen.
En waar je vroeger woonde.
Slide 3 - Diapositive
We kijken het filmpje
Slide 4 - Diapositive
Wat is de goede volgorde? 1. De jongen kijkt naar de huizen. 2. De jongen belt het meisje. 3. De jongen kan het huis niet vinden. 4. Het meisje beschrijft haar huis.
A
1234
B
2413
C
4213
D
3124
Slide 5 - Quiz
Waarom kan de jongen het huis niet vinden?
A
Het meisje zegt het niet goed.
B
De tekening is fout.
C
Alle huizen zijn hetzelfde.
Slide 6 - Quiz
Waarover gaat dit thema?
A
Over wonen en huizen.
B
Het weer in Nederland.
C
School en leren
Slide 7 - Quiz
We gaan een filmpje kijken:
Lotte uit Nederland en Jemimah uit Kenia ruilen van huis.
Wat zijn de verschillen?
Maak het werkblad met zijn tweeën.
Slide 8 - Diapositive
https:
Slide 9 - Lien
Waar kun je wonen?
Slide 10 - Diapositive
Woonde jij in een dorp of in een stad?
A
dorp
B
stad
C
anders
Slide 11 - Quiz
Vertaal de woorden
Vertaal de woorden van het thema in je eigen taal.