Lesson 2 - pronouns

Lesson 2
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Lesson 2

Slide 1 - Diapositive

In today's lesson:
- Wat hebben we vorige les gedaan?
- Voornaamwoorden uitleggen
- Voornaamwoorden oefenen

Slide 2 - Diapositive

Goal of this lesson
-Je weet wat de persoonlijke voornaamwoorden zijn in het Engels
- Je weet wat de bezittelijk voornaamwoorden zijn in het Engels 

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Persoonlijk voornaamwoord
Het is een kort woordje dat je kunt gebruiken in plaats van een persoon of personen

Die man in de zwarte jas loopt snel.
Hij loopt snel.
De kinderen uit de klas leren goed.
Zij leren goed.

Slide 6 - Diapositive

Personal pronouns 
(persoonlijke voornaamwoorden)
I love English.
You are working on homework.
She is a pretty girl.
He scored a wonderful goal.
It is a French Bulldog.
We are paying attention.
They are cycling through the rain.

Slide 7 - Diapositive

Plural
(Meervoud)

Singular (enkelvoud)

They
I
He
We
She
You
The children
Mr. Gerards

Slide 8 - Question de remorquage

Look at the following:
Max
Alicia
a dog
a tree
the houses
my mother and I

Slide 9 - Diapositive

Lionel Messi

Slide 10 - Question ouverte

Taylor Swift

Slide 11 - Question ouverte

the table

Slide 12 - Question ouverte

the kids

Slide 13 - Question ouverte

Overview personal pronouns
Enkelvoud:
I    you    he    she    it    


Meervoud:
they      we      you

Slide 14 - Diapositive

Schrijf over:
Ik
I
jij
you
hij/zij/het
he/she/it
wij
we
jullie
you
zij
they
timer
5:00

Slide 15 - Diapositive

possessive pronoun
Bezittelijke voornaamwoorden gaan
over van wie het is.

This is my book.
Your card is on the table.
Your computers are grey.
mijn
my
jouw
your
zijn
his
she
her
van het
its
ons/onze
our
jullie
your
hun
their
timer
5:00

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Lien

Slide 18 - Lien

Page 14
Do exercise 5, 6, 9, 10, 11 niet af = hw

Slide 19 - Diapositive

Goal of this lesson
-Je weet wat de persoonlijke voornaamwoorden zijn in het Engels
- Je weet wat de bezittelijk voornaamwoorden zijn in het Engels 

Slide 20 - Diapositive