Herhaling hoofdstuk 2

Herhaling hoofdstuk 2
Onderwerpen:
- Vlakke figuren
 - Hoeken berekenen
- Kijklijnen en kijkhoeken
- Schaal
-Koers



1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Herhaling hoofdstuk 2
Onderwerpen:
- Vlakke figuren
 - Hoeken berekenen
- Kijklijnen en kijkhoeken
- Schaal
-Koers



Slide 1 - Diapositive

Welk vlakke figuur is dit?
A
vierhoek
B
rechthoek
C
ruit
D
vierkant

Slide 2 - Quiz

Vlakke figuren hebben ...
A
1 dimensie
B
2 dimensies
C
3 dimensies
D
4 dimensies

Slide 3 - Quiz

Welk vlakke figuur is dit?
A
rechthoekige driehoek
B
gelijkzijdige driehoek
C
gelijkbenige driehoek
D
ruit

Slide 4 - Quiz

Wat betekent het teken?
A
Evenwijdige zijden
B
Even lange zijden

Slide 5 - Quiz

Een vierhoek heeft 4 gelijke zijdes, de overstaande hoeken zijn even groot, welke vierhoek is dit?
A
Vlieger
B
Ruit
C
Parallellogram

Slide 6 - Quiz


Welk vlakke figuur is dit?
A
Parallellogram
B
Trapezium
C
Rechthoek
D
Onregelmatige/gewone vierhoek

Slide 7 - Quiz


Welk vlakke figuur is dit?
A
Ruit
B
Diamant
C
Vlieger
D
Gewone/onregelmatige vierhoek

Slide 8 - Quiz

Een driehoek met 2 dezelfde zijden en dus 2 dezelfde hoeken, is..
A
Driezijdige driehoek
B
Gelijkbenige driehoek
C
Gelijkbenige driehoek
D
Rechthoekige driehoek

Slide 9 - Quiz

Hoek L is.. graden
A
43
B
69
C
68
D
100

Slide 10 - Quiz

Hoek E is.. graden
A
43
B
74
C
180
D
32

Slide 11 - Quiz

Hoek F is.. graden
A
43
B
74
C
180
D
32

Slide 12 - Quiz

Hoeveel graden is de hellingshoek?
A
114
B
66
C
33
D
180

Slide 13 - Quiz

Hoeveel graden is hoek L1?
A
90
B
52
C
76
D
180

Slide 14 - Quiz

Hoeveel graden is hoek N1?
A
90
B
52
C
76
D
180

Slide 15 - Quiz

Hoeveel graden is Hoek A2?
Hoek A1 is 118 graden
A
62
B
124
C
118
D
360

Slide 16 - Quiz

Mirjam wil haar kijkhoek groter maken. Moet ze dan vooruit of achteruit lopen?
A
vooruit
B
achteruit

Slide 17 - Quiz


Wie heeft de grootste kijkhoek?
A
David
B
Maas

Slide 18 - Quiz

welke kijkhoek is groter?
A
de kijkhoek van A
B
de kijkhoek van B

Slide 19 - Quiz

De vrachtwagenchauffeur kan alleen het gebied tussen de kijklijnen zien.


De hoek tussen de kijklijnen is de kijkhoek.


De vrachtwagenchauffeur rijdt door tot aan de witte stopstreep. Wordt de kijkhoek groter of kleiner?
A
kleiner
B
blijft even groot
C
groter
D
geen idee

Slide 20 - Quiz

Als je door een raam naar buiten kijkt, zie je alles binnen jouw kijkhoek. Wat gebeurt er met de kijkhoek als jij dichter bij het raam gaat staan?
A
De kijkhoek blijft gelijk
B
De kijkhoek wordt kleiner
C
De kijkhoek wordt groter
D
Ik heb geen kijkhoek meer

Slide 21 - Quiz

De kijkhoek is de hoek tussen twee:
A
punten
B
benen
C
kijklijnen
D
kijkcijfers

Slide 22 - Quiz

Wat kun je berekenen met de schaallijn?
A
Afstand op de kaart
B
Afstand werkelijk
C
Niks
D
Hoe snel een auto gaat

Slide 23 - Quiz

Welke schaal hoort bij deze schaallijn?
A
1 : 4
B
1 : 400
C
1 : 4000
D
1:400000

Slide 24 - Quiz

Van naar centimeter naar kilometer is
A
cm : 100= km
B
cm : 100.000= km
C
cm: 10.000= km
D
cm:10=km

Slide 25 - Quiz

Welke schaal hoort er bij deze schaallijn?
De schaallijn staat in cm.
A
1:200
B
1:1200
C
1:20000
D
200:1200

Slide 26 - Quiz

Wat betekent hemelsbreed?
A
De afstand volgens de bestaande wegen
B
Rechte lijn van punt A naar B

Slide 27 - Quiz

Wat is de afstand hemelsbreed in km?
A
2380000 km
B
23,8 km
C
2380 km
D
23800 km

Slide 28 - Quiz

Van naar centimeter naar kilometer is
A
cm : 100= km
B
cm : 100.000= km
C
cm: 10.000= km
D
cm:10=km

Slide 29 - Quiz

Hoeveel lijnen moet je tekenen voor het maken van een koershoek?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 30 - Quiz

Je tekent als eerste de..
A
Noordlijn
B
Lijn van A naar B
C
Zuidlijn
D
Westlijn

Slide 31 - Quiz

Een koershoek geef je aan in ........
A
km
B
een windrichting
C
graden
D
cm

Slide 32 - Quiz


Wat is de koershoek?
A
120 graden
B
360 graden
C
90 graden
D
180 graden

Slide 33 - Quiz

Je ziet een koershoek tussen Oranjestad en Aruba. Hoe groot is de koershoek?
A
70 graden
B
360 - 70 = 290 graden

Slide 34 - Quiz

Ik ben klaar voor de toets
A
Yes!
B
Bijna
C
Nee
D
Help!

Slide 35 - Quiz