Les 3a en b

 vmbo 4 Les 3a
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 31 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

 vmbo 4 Les 3a

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Was machen wir heute?

  • Lesen
  •  
  •  
  • Werken aan les 3 in je werkboek (Wörter und Grammatik)


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hausaufgaben
les 1, 2 en les 3 moet af zijn!
Alleen de opdracht lezen van les 3 hoeft niet. Les 2 wel!!
De schrijfopdracht moet duidelijk geschreven zijn,
Leer de woordenlijst blz. 6 & 7 Sportarten, Feizeit und Hobbys (Du - Ne + Ne - Du)







Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesen
We lezen de tekst van les 2

Tekst 1 Textbuch Seite 21
Kijk naar de titel en het plaatje
Waar denk je dat de tekst over gaat?

Voor we de vragen gaan beantwoorden gaan we eerst eens kijken hoe je woorden in het woordenboek opzoekt.



Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Werken met het woordenboek
als je het woordenboek doorbladert zie je aan de zijkant alle letters van het alfabet, zo kun je snel bij de juiste letter komen. 
Werkwoorden
Het woordenboek laat nooit vervoegingen van werkwoorden zien!
-> Hele werkwoord bepalen
er  geht  - hele werkwoord gehen

Voorbeeld 'hij loopt': In het woordenboek vind je het hele werkwoord 'lopen' (= 'laufen').

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Samengestelde woorden
De meesten samengestelde woorden staan niet in het woordenboek.  Woorden uit elkaar halen Betekenis van de enkele woorden opzoeken
Haustür -> Haus + Tür = huisdeur of voordeur
Hunderasse -> Hund + Rasse = hondenras (soort hond)
 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Samengestelde woorden
Wat te denken van: 

'Rindfleischetikettierungsüberwachungsaufgabenübertragungsgesetz.

TIPP:
Bij langere woorden check EERST of het een samengesteld woord is.
Ken je sommige van de woorden wel?  

Slide 8 - Diapositive

rundvleesetiketteringsbewakingsopgavenoverdrachtswet
Aan de slag
Vertaal de titel van de tekst

Vertaal vraag 1

Vertaal de dikgedrukte woorden bij de antwoorden van vraag 1. 

Slide 9 - Diapositive

rundvleesetiketteringsbewakingsopgavenoverdrachtswet
Antworten 
Titel : examen met hindernissen/ obstakels

Vraag 1. Wat wordt er in alinea 1 over Stefan van Haaren gezegd/verklaard? Hij heeft…
Leistung                      prestatie'
Sehbehinderte         slechtziend
letzter Zeit                  de laatste tijd
Ausbildung       opleiding /onderwijs





Slide 10 - Diapositive

rundvleesetiketteringsbewakingsopgavenoverdrachtswet
Lesen
Je weet nu wat de antwoorden bij vraag 1 betekenen. 
Lees mee met alinea 1 en beantwoord de vraag


Slide 11 - Diapositive

Antwoord A
Antwoord 1A

Uitleg bij het antwoord

Dennoch hat es Stefan van Haaren, Schüler des Freiherr-vom-Stein Gymnasiums Kleve, geschafft. Toch heeft hij het gehaald.
Er hat allen Problemen und Schwierigkeiten getrotzt und seine Abiturprüfung erfolgreich abgelegt. Hij heeft alle problemen en moeilijkheden getrotseerd en zijn examen met succes afgelegd.
Hier staat beschreven dat hij een bijzondere prestatie heeft verricht.


Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vraag 2

Bij wel / niet vragen staan de antwoorden altijd in volgorde van de tekst.
De eerste bewering staat dus in het begin van de alinea.


Deze vraagsoort is altijd in het Nederlands!
Staat de bewering er letterlijk in? Dan is het wel goed, zo niet dan is het niet goed.
Alles goed = 2 p
3 goed = 1p
minder goed = geen punten




Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vraag 2

 
Het juiste antwoord = niet / wel/ wel/ wel


Alles goed = 2 p/ 3 goed = 1p
 minder goed = geen punten

Vraag 3 en 4 zijn huiswerk





Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wörter
Maak nu de Wörteropdrachten in je werkboek en de opdracht met de Fragewörter  op seite 15 und 16.
Je mag samenwerken!
Houd je Textbuch erbij!!!
timer
10:00

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De werkwoorden haben sein en werden
We gaan het filmpje kijken 
Maak tijdens het kijken voor jezelf aantekeningen. 
In een schrift of op een blaadje

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Übung 5 Seite 16
Maken: de opdracht met de ww haben, sein en werden.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Modalverben
Pak je Textbuch op Seite 16 erbij, luister mee naar de uitleg en maak aantekeningen.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Uitleg schrijfopdracht
 
und Seite 18 Arbeitsbuch
Houd je Textbuch erbij, je kunt de woordenlijst en de zinnen voorin gebruiken

Einladung (uitnodiging)

Lees de opdracht en zorg dat je alle punten in je uitnodiging verwerkt hebt. 

 





Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

An die Arbeit
Maak nu de opdrachten met de Modalverben op Seite 17.
Werk verder aan Les 3,
deze moet volgende week vrijdag af. incl. de schrijfopdracht. Maak deze op een los blaadje dan kijk ik die volgende week vrijdag na. 





timer
15:00

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Antwoord 2


niet / wel/ wel/ wel 




Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vraag 3

Wat betekent deze vraag?


Waar staat “Gemeinsames Lernen” in de tekst?
Markeer dit!

Kijk nu naar de antwoorden, wat betekenen de dikgedrukte woorden?
Lees de tekst rondom het gemarkeerde deel goed door. Je antwoord is daar terug te vinden.




Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Antwoord 3A

Uitleg bij het antwoord


Aber wir müssen natürlich auch schauen, was an unserer Schule möglich ist. Hier wordt aangegeven dat er eerst gekeken moet worden of dat in zijn school mogelijk is. In de zin daarna staat :  Rollstuhlfahrer aufnehmen würde hier allein aus baulichen Gründen nicht funktionieren.“ rolstoelgebruikers toelaten zou hier al niet kunnen vanwege bouwtechnische redenen.


Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vraag 4 

voor hem staan……..deuren open (alinea 4). 
Wat wordt daarmee bedoeld?
 
Markeer het citaat in de tekst

Kijk nu naar de antwoorden, wat betekenen de dikgedrukte woorden?
Ga nu naar de tekst, alinea 4
Lees de tekst globaal door.
Vaak staat het antwoord bij de leestekens, komen deze in de tekst voor lees dit deel dan intensief. 



Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Antwoord 4 B
Uitleg bij het antwoord

Ihm stehen auch dank der Hilfe vieler anderer jetzt alle Türen offen. 

Voor hem staan dank zij de hulp van veel anderen nu alle deuren open. Hij heeft dus veel mogelijkheden voor zijn verdere opleidingen.

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vraag 5

B. Wildtiere im Zirkus = wilde dieren in het circus
Dit is een korte tekst met 1 vraag.
De vragen en antwoorden bij korte teksten zijn altijd in het Nederlands

Bij korte teksten moet je meestal de hele tekst doorlezen.

Hier wordt gevraagd naar de hoofgedachte van de tekst. Wat is de kern van de tekst.

In de tekst gaat het om het vraagstuk of er nu wel of niet nog wilde dieren in het circus mogen optreden.



Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vraag 6

Wat betekent deze vraag?


Markeer het citaat in de tekst
Kijk nu naar de antwoorden, wat betekenen de dikgedrukte woorden?
Ga nu naar de tekst, alinea 4, tweede deel
Lees de tekst globaal door.
Vaak staat het antwoord bij de leestekens, komen deze in de tekst voor lees dit deel dan intensief.






Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Antwoord 6A

Uitleg antwoord:
Natürlich macht man sich Gedanken darüber, wie man Gewaltanwendung oder die Bilder schwerer Unfälle verpackt“, sagt Tobias Fürtjes.
Hier staat dat men er over nadenkt hoe je omgaat met de aanpak van geweld en de beelden van zware ongelukken. Een synoniem hiervoor is dus “hoe verwerkt je onaangename situaties.







Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Speeddaten
Hoe heet je?
hoe oud ben je?
Heb je broers en zussen?
Heb je een huisdier?
Heb je een bijbaantje?
Doe je aan sport? (welke)
Heb je hobby's?








Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions