3 vwo beeldspraak

Bij een metafoor heb je....
A
Alleen maar een beeld
B
Een beeld en de werkelijkheid
C
altijd het woordje ALS
D
HUH? watte? weet het niet meer...
1 / 11
suivant
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Bij een metafoor heb je....
A
Alleen maar een beeld
B
Een beeld en de werkelijkheid
C
altijd het woordje ALS
D
HUH? watte? weet het niet meer...

Slide 1 - Quiz

Wat is geen vergelijking?
A
Zo blij als een kind
B
Zo dood als een pier
C
Zo stoned als een garnaal
D
Zo nu en dan is het rustig

Slide 2 - Quiz

Woordenschat H3
- asyndetische vergelijking
- homerische vergelijking
- synesthesie

Slide 3 - Diapositive

Asyndetische vergelijking

Zijn hoofd, een tomaat, gloeide nog na.

Slide 4 - Diapositive

Bedenk zelf een asyndetische vergelijking

Slide 5 - Question ouverte

Homerische vergelijking
Een homerische vergelijking is een vergelijking die wordt uitgewerkt met allerlei bijzonderheden. De homerische vergelijking dankt haar naam aan Homerus, de dichter van de Ilias en de Odyssee, waarin dit type vergelijking veel voorkomt.

Slide 6 - Diapositive

Voorbeeld homerische vergelijking
Zoals de koelte ‘s nachts langs lelies
en langs rozen
als wit koraal en parels diep in zee
zoals wat schoon is rustig schuilt
maar straalt wanneer ik schouwen wil
zo meen ik dat ook jij bent
(Jan Hanlo)

Slide 7 - Diapositive

zintuigelijke
waarnemingen

Slide 8 - Carte mentale

Synesthesie
Nog een andere vorm van beeldspraak is de synesthesie. Hiervan is sprak als de waarnemingen van twee verschillende zintuigen worden gecombineerd.

Slide 9 - Diapositive

koude blik = synesthesie
koud: voelen
blik: kijken

Slide 10 - Diapositive

Nu maken uit Nieuw Nederlands

Woordenschat 3
Opdracht 1 t/m 3
Klaar? Nakijken.
Daarna verder werken in de reader (zie planner) 

Slide 11 - Diapositive