Haarverzorging

1 / 13
suivant
Slide 1: Vidéo
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Wat voor shampoo gebruik je voor vet haar?
A
Shampoo die de talgklieren activeert
B
Shampoo voor vet haar
C
Shampoo voor droog haar
D
Shampoo tegen vet haar.

Slide 2 - Quiz

Welke wastechnieken ken je?

Slide 3 - Question ouverte

Slide 4 - Diapositive

In welke laag van de huid ligt de haar?

A
Opperhuid
B
Lederhuid
C
Onderhuids bindweefsel
D
hoornlaag

Slide 5 - Quiz

Laat met een foto non-verbale communicatie zien

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Diapositive

Teken een haar met schubben die open staan en voeg een foto toe.

Slide 8 - Question ouverte

Verbale en nonverbale communicatie 
Lichaamstaal
houding
manier waarop
intonatie

Slide 9 - Diapositive

Haardikte
  • Dun haar mm?
  • Normaal haar mm?
  • Dik haar mm?

Slide 10 - Diapositive

Groeifase van     het haar 

Slide 11 - Diapositive

Wat voor kenmerken heeft het haar?
A
Vocht opnemen uit de lucht, statisch worden, vocht opzuigen
B
Vocht opzuigen, grijs worden, uitvallen
C
Uitvallen, dunner worden, statisch worden
D
Statisch worden, grijs worden, uitvallen

Slide 12 - Quiz

Er zijn verschillende soorten shampoos. Kies voor iedere beschrijving welke shampoo het meest geschikt is voor deze klant. Zet een kruisje in het juiste vak.  
 
 Antiroos 
shampoo Hypoallergene shampoo Alkalische shampoo Medicinale shampoo 
De klant heeft last van een overgevoelige hoofdhuid.     
De klant heeft last van hoofdluis.  
    
De klant heeft zijn haar laten kleuren.   
    
De klant heeft witte schilfers in het haar.  
    

Er zijn verschillende soorten shampoos. Kies voor iedere beschrijving welke shampoo het meest geschikt is voor deze klant. 
 
Antiroos shampoo, Hypoallergene shampoo, Alkalische shampoo Medicinale shampoo 

  • De klant heeft last van een overgevoelige hoofdhuid.
  • De klant heeft last van hoofdluis.  
  • De klant heeft zijn haar laten kleuren.    
  • De klant heeft witte schilfers in het haar.  
    

Slide 13 - Diapositive