Aanwijzende voornaamwoorden (Demonstrative Pronoun)

Bezittelijke voornaamwoorden
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
EnglishMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Bezittelijke voornaamwoorden

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Slide 6 - Diapositive

Wat zijn aanwijzende voornaamwoorden?
Zoals het woord het al zegt:
aanwijzende voornaamwoorden gebruik je om mensen, dieren en dingen aan te wijzen. 

Slide 7 - Diapositive

Nederlandse vertaling 
de gebruikte woorden
Near = dichtbij
Far = ver af
Singular = enkelvoud
Plural = meervoud

Slide 8 - Diapositive

Welke aanwijzende voornaamwoorden heb je in het Engels? 
Je hebt in het Engels 4 aanwijzende voornaamwoorden:

dit
dat
deze
die
this
that
these
those

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

....... pen here is black
A
That
B
This
C
These
D
Those

Slide 12 - Quiz

......pencil over there is green.
A
This
B
Those
C
That
D
These

Slide 13 - Quiz

..... cats over here are very cute.
A
This
B
These
C
That
D
Those

Slide 14 - Quiz

...... dogs over there are really dangerous.
A
This
B
That
C
These
D
Those

Slide 15 - Quiz

Dichtbij
Ver af
This
That
These
Those

Slide 16 - Question de remorquage

E
n
k
e
l
v
o
u
d
M
e
e
r
v
o
u
d
These
Those
This
That

Slide 17 - Question de remorquage

En nu...oefenen 

Slide 18 - Diapositive

Practice 
Do: Workbook B
 Exercise 15  (page 18)
Online:  LessonUp (dia 21-22)

Als je klaar bent met online oefeningen
Doe dan de woordzoeker (docent)


Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Lien

Slide 21 - Lien

Homework/huiswerk
To do:
Lees: Phrases Lesson 2 (Coursebook, page 105)
Answer exercise  16-17 (Workbook B, page  18-19)

Slide 22 - Diapositive