Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Oefenen toets thema 2
Wat is een persoonlijk voornaamwoord?
Hij gaat naar school.
1 / 23
suivant
Slide 1:
Question ouverte
Taal
Basisschool
Groep 7
Cette leçon contient
23 diapositives
, avec
quiz interactifs
.
La durée de la leçon est:
15 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Wat is een persoonlijk voornaamwoord?
Hij gaat naar school.
Slide 1 - Question ouverte
Wat zijn de persoonlijke voornaamwoorden in deze zin:Ga je met mij naar de dierentuin?
Slide 2 - Question ouverte
Hij maakt alle opdrachten.
Wat is het persoonlijk voornaamwoord ?
Slide 3 - Question ouverte
Wat is een persoonlijk voornaamwoord?
Moeder geeft haar het cadeau.
Slide 4 - Question ouverte
Persoonlijk voornaamwoord:
Ik heb vandaag een stuk gefietst.
Slide 5 - Question ouverte
Dat heb je niet zomaar verdiend.
Wat is het persoonlijk voornaamwoord?
Slide 6 - Question ouverte
Is Bas naar u vernoemd?
Wat is het persoonlijk voornaamwoord?
Slide 7 - Question ouverte
Verleden week was ik in de dierentuin, daar heb ik vier apen gezien.
A
Formeel
B
Informeel
Slide 8 - Quiz
Hoi Jantje,
A
Formeel
B
Informeel
Slide 9 - Quiz
Formeel of informeel:
Wanneer zou het u schikken om een afspraak te maken.
A
Formeel
B
Informeel
Slide 10 - Quiz
Is het voorbeeld van de juf..?
A
Formeel
B
Informeel
Slide 11 - Quiz
Ik zou het zeer op prijs stellen als u van zich zou kunnen laten horen.
A
Formeel
B
Informeel
Slide 12 - Quiz
Doei!
A
formeel
B
informeel
Slide 13 - Quiz
Geachte meneer/mevrouw,
A
Formeel
B
Informeel
Slide 14 - Quiz
Formeel of informeel:
Kom een keertje langs, man!
A
Formeel
B
Informeel
Slide 15 - Quiz
Hoe vind je het onderwerp?
Slide 16 - Question ouverte
Wat is het onderwerp van de eerste zin?
Slide 17 - Question ouverte
Wat is het onderwerp:
De computer wil niet starten.
Slide 18 - Question ouverte
Wat is een ander woord voor oorspronkelijk?
A
eerst
B
misschien
C
uiteraard
D
vaak
Slide 19 - Quiz
Wat betekent overtollig?
A
bijna helemaal kapot
B
heel erg mooi
C
meer dan nodig
D
veel te groot
Slide 20 - Quiz
Wat ben je als je opgewonden bent?
A
druk
B
ontspannen
C
rustig
D
zenuwachtig
Slide 21 - Quiz
Wat is een ander woord voor uitnodiging?
A
creatie
B
invitatie
C
sollicitatie
D
traktatie
Slide 22 - Quiz
vrijwilliger
toerisme
afwijzend
onder de knie hebben
Slide 23 - Question de remorquage
Plus de leçons comme celle-ci
les 9
Août 2022
- Leçon avec
12 diapositives
Taal
Basisschool
Groep 7
Taalquiz thema 2
Octobre 2023
- Leçon avec
21 diapositives
Taal
Basisschool
Groep 7
Taal groep 6 en 7 - (in)formeel/afkortingen
Novembre 2022
- Leçon avec
18 diapositives
Taal
Basisschool
Groep 6
Woordenschat thema 2 groep 7
Octobre 2024
- Leçon avec
21 diapositives
Taal
Basisschool
Groep 7
Taalquiz thema 2
Octobre 2024
- Leçon avec
10 diapositives
Taal
Basisschool
Groep 7
Taalquiz thema 2
Octobre 2020
- Leçon avec
10 diapositives
Taal
Basisschool
Groep 7
formeel - informeel
Juin 2023
- Leçon avec
27 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Groep 7 Week 5
Février 2021
- Leçon avec
46 diapositives
Basisschool