1V Werkwoordstijden ott-ovt-vtt-vvt

Werkwoordstijden ott-ovt-vtt-vvt
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Werkwoordstijden ott-ovt-vtt-vvt

Slide 1 - Diapositive

In welke tijd staat het gezegde?
Kies uit
OTT (Onvoltooid Tegenwoordige Tijd)
OVT (Onvoltooid Verleden Tijd)
VTT (Voltooid Tegenwoordige Tijd)
VVT (Voltooid Verleden Tijd)

Slide 2 - Diapositive

De lente begint voor veel mensen pas op 21 maart.
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 3 - Quiz

Heb je alle bloembollen vorig jaar in de tuin geplant?
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 4 - Quiz

Mijn moeder had liever rode tulpen in plaats van gele gekregen.
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 5 - Quiz

Onze poezen liggen het liefst te soezen in het zonnetje op het gras.
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 6 - Quiz

Liepen jullie gisteren nou ook door de stad?
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 7 - Quiz

Alle terrasjes zijn vanaf morgen geopend!
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 8 - Quiz

Bij de ijssalon op de hoek heeft ze net een sorbet gegeten.
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 9 - Quiz

Haar zusje had veel liever een softijsje genomen.
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 10 - Quiz

Ja, de zomer is nu echt voorbij!
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 11 - Quiz

Heb je goed op je kleine broertje gepast?
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 12 - Quiz

Mijn zus was al naar dat bijzondere winkeltje in Amsterdam geweest.
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 13 - Quiz

Dat moet je aan de docent economie vragen!
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 14 - Quiz

Moet je morgen je kamer opruimen?
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 15 - Quiz

De bel was vijf minuutjes geleden al gegaan.
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 16 - Quiz

Je had beter moeten leren!
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 17 - Quiz

Pieter was gisteren niet in de les.
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 18 - Quiz

De computer is gisteren verkocht aan de buurman.
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 19 - Quiz

Je moest die zinnen wel kunnen ontleden!
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 20 - Quiz

De zon scheen niet vandaag.
A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 21 - Quiz


A
OTT
B
OVT
C
VTT
D
VVT

Slide 22 - Quiz