Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Welkom terug!
Slide 1 - Diapositive
We zijn stil
En lezen 15 minuten
timer
15:00
Slide 2 - Diapositive
Jongerentaal
Taalbeschouwing les 1
Slide 3 - Diapositive
Opbouw van de les
- Wat weet je al? (5 min)
- Uitleg (5 min)
- Samenwerken (15 min)
- Presenteren (15 min)
- Afsluiten (5 min)
Slide 4 - Diapositive
Wat betekent 'erkende taal'?
Slide 5 - Carte mentale
Wat betekent 'dialect'?
Slide 6 - Carte mentale
Wat betekent 'sociolect'?
Slide 7 - Carte mentale
Doel van de les
Aan het eind van de eerste les ‘Jongerentaal’ kun je vertellen wat een dialect, een sociolect en wat een erkende taal is.
Deze stof komt terug op je toets!
Slide 8 - Diapositive
Erkende taal
- Officieel erkende taal.
- Onderwijs wordt in deze taal gegeven.
- Officiële brieven worden in deze taal geschreven.
Voorbeelden:
Slide 9 - Diapositive
Dialect
- Een streektaal
- Lijkt op een erkende taal, maar is het niet.
- Wordt alleen in een bepaalde streek gesproken.
Slide 10 - Diapositive
Sociolect
- Een variëteit van een taal.
- Wordt alleen gesproken door een bepaalde groep.
Slide 11 - Diapositive
De opdracht
- 3 groepen, 3 posters
- 1 groep erkende taal, 1 groep dialect, 1 groep sociolect
Verplichte onderdelen:
- het onderwerp
- een omschrijving van het onderwerp
- voorbeelden
- afbeeldingen die te maken hebben met het onderwerp
Slide 12 - Diapositive
Aan de slag
WAT: Maak een poster met je groepje over jouw onderwerp.
HOE: Je zoekt informatie over het onderwerp op je laptop en zet dit op het posterblad. (een laptop per groepje) HULP: Je mag je vinger opsteken. TIJD: Je hebt 15 minuten UITKOMST: Je presenteert je poster KLAAR: Pak je leesboek en ga lezen
Slide 13 - Diapositive
Wat is een erkende taal?
A
Een taal die in een land in het onderwijs wordt gebruikt
B
De taal van een bepaalde streek.
C
De taal van een bepaalde groep mensen.
Slide 14 - Quiz
Wat is een sociolect?
A
Een taal die in een land in het onderwijs wordt gebruikt
B
De taal van een bepaalde streek.
C
De taal van een bepaalde groep mensen.
Slide 15 - Quiz
Wat is een dialect?
A
Een taal die in een land in het onderwijs wordt gebruikt