Periode 1 Woche 2 Stunde 1

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2,3

Wat is het nieuwe record?

Lernziel

Lernziel

- Du kannst den Imperativ bilden.

Programm

• Lesen
• Hausaufgaben korrigieren
• Grammatik erklären
• Hausaufgaben machen

Lesen

Aufgabe A Grammatik korrigieren

1. isst
2. liest
3. lädst ... ein
4. trägt
5. spreche 
6. fällt
7. trinken/ essen
8. gibt
9. Wäscht
10. gehe

Aufgabe B Grammatik korrigieren

1. aßest
2. las
3. ludst ein
4. trug
5. sprach
6. fiel
7. tranken/ aßen
8. gab
9. wuschest
10. ging

Aufgabe C Grammatik korrigieren

1. hast gegessen
2. hat gelesen
3. Hast eingeladen
4. hat getragen
5. habe gesprochen
6. ist gefallen
7. haben getrunken/ gegessen
8. ist gekommen
9. Hast gewaschen
10. bin gegangen

der Imperativ

(= gebiedende wijs)

Aantekening 9 Seite 22

• Hoe maak je de gebiedende wijs in het Nederlands?

der Imperativ 

(du = 1 persoon)

Bij de 'du' vorm krijg je de stam van het werkwoord.

machen - mach

schreiben - schreib

der Imperativ 

(du = 1 persoon)

Je krijgt bij sterke werkwoorden een e-i wissel, maar geen a-ä wissel.

lesen - lies

fangen - fang

der Imperativ 

(du = 1 persoon)

Je krijgt bij werkwoorden die eindigen op een -t of -d een extra -e achter de stam van het werkwoord.

halten - halte

reden - rede

oefenen

Pak je schrift. Schrijf de Imperativ (du-vorm) op van de werkwoorden:

reiten

nehmen

wohnen

trinken

fahren

der Imperativ 

(ihr = meerdere personen)

Bij de 'ihr' vorm krijg je de stam van het werkwoord + t

machen - macht

schreiben - schreibt

lesen - lest

fangen - fangt

der Imperativ

(ihr = meerdere personen)

Je krijgt bij werkwoorden die eindigen op een -t of -d een extra -e achter de stam van het werkwoord.

halten - haltet

reden - redet

oefenen

Pak je schrift. Schrijf de Imperativ (ihr-vorm) op van de werkwoorden:

reiten

nehmen

wohnen

trinken

fahren

der Imperativ 

(Sie = beleefdheidsvorm)

Bij de 'Sie' vorm krijg je het hele werkwoord + Sie

machen - machen Sie

schreiben - schreiben Sie

lesen - lesen Sie

fangen - fangen Sie

oefenen

Pak je schrift. Schrijf de Imperativ (Sie-vorm) op van de werkwoorden:

reiten

nehmen

wohnen

trinken

fahren

Lernziel

- Du kannst das Imperativ bilden.

Hausaufgaben

Machen:

Aufgabenblatt der Imperativ

Wortliste 1 bis 40 machen

Lernen:

Aantekening 9: de gebiedende wijs