2 oriëntatie illusteren

1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
Beeldende vormingMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen 
- Je kan een ‘stapeltekening’ maken.
- Je kan een kort gedicht (elfje voor vmbo en rondeel havo/ vwo) maken bij je stapeltekening.
- Je kan het gedicht en stapeltekening samenvoegen tot een mini poëzie poster.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Oefening Stapeltekening
Bij deze oefening geef ik om de 30 sec / minuut een nieuw woord die jij gaat verwerken tot een tekening, een geheel! 




Deze oefening doen we drie keer. 
timer
10:00

Slide 4 - Diapositive

1. Neem de tekening over met fineliner (watervast) of zwart potlood.
2. Gum de grijs-potlood lijnen weg. 
3. Schilder de tekening in met waterverf of kleur de tekening in met kleurpotlood. 

Slide 5 - Diapositive

Voorbeeld met Rondeel

Slide 6 - Diapositive

Lever een foto in van je stapeltekeningen.

Slide 7 - Question ouverte

Lever een foto in van je stapeltekeningen.

Slide 8 - Question ouverte

Tekst en beeld
1. Kies de beste, leukste en meest inspirerende stapeltekening die je hebt gemaakt. 
2. Maak een Elfje of Rondeel die past bij jou tekening, je verzint zelf het verhaal. 
3. Na de eerste versie, kijk je goed of je nog je tekst kan verbeteren. 
4. Voeg de tekst toe aan je tekening. Kijk goed waar je de tekst neer zet. Zorg dat het een geheel wordt. 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Hoe maak je een Elfje
Een elfje is een gedicht dat bestaat uit elf woorden en 5 regels. De eerste regel bestaat uit 1 woord, de tweede regel uit 2 woorden, de derde regel uit 3 woorden en de vierde regel uit 4 woorden. De vijfde regel bestaat weer uit 1 woord.

Stap 1: Neem een ding, dier of mens in je hoofd waarover het gedicht zal gaan. Kies een eigenschap dat hierbij past en schrijf dit in 1 woord op. Bijvoorbeeld de kleur, het karakter, de geur, de smaak etc.
Stap 2: Schrijf in 2 woorden bij wie of wat die eigenschap hoort.
Stap 3: Waar is het ding, dier of mens?
Stap 4: Stel een vraag over waar de eerste drie regels over gaan.
Stap 5: Wat zegt het, welk geluid maakt het?

Slide 11 - Diapositive

voorbeeld Elfje
geel
de ogen
in het donker
zijn het misschien kattenogen
miauw

Slide 12 - Diapositive

Hoe maak je een Rondeel
Een rondeel is een gedicht waarvan sommige regels herhaald worden. Een rondeel heeft acht regels. Regel 1 wordt herhaald bij regel 4 en regel 7. Regel 2 is dezelfde als regel 8. Je kunt ook nog rijm toevoegen.


De regen op het doek,
buiten is het onweer.
Dus raak ik het tentdoek niet aan.
De regen op het doek
Met zeven kinderen in een tent,
spannend en gezellig.
De regen op het doek,
buiten is het onweer.

Slide 13 - Diapositive

Lever een foto in van het eindresultaat.

Slide 14 - Question ouverte