th2 b3 - De microscoop

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Herhaling Organen

Welke organen zie je in de torso? Combineer de nummers met de juiste organen.

Bloedvat

Lever

Slokdarm

Dunne darm

Luchtpijp

Hart

Long

Dikke darm

Maag

Planten hebben ook organen. 

Sleep de organen naar de juiste functie.

Transport van stoffen.

Voedsel maken (fotosynthese).

Water en voedingsstoffen uit de grond opnemen.

Stengels

Wortels

Bladeren

2.3 De microscoop 

Leerdoelen

Je kent de onderdelen van een microscoop met hun functie

Je kunt de vergroting van de microscoop uitrekenen

Je kunt uitleggen wat een preparaat is

De Microscoop

De twee belangrijke microscopen

1. Elektronenmicroscoop.
2. Lichtmicroscoop.

Op school wordt er gewerkt met een lichtmicroscoop.

onderdelen microscoop

Oefenen: microscopie

Je kent

de onderdelen

en 

de functies

van de 

microscoop

Sleep de namen van de onderdelen van de microscoop naar de juiste plek.

Oculair

Grote schroef

Revolver

Objectief

Kleine schroef

Lamp

Tafel

Tubus

Statief

Diafragma

vergroting berekenen

vergroting van je oculair x vergroting van het objectief.

Het oculair op school vergroot altijd 10X

objectief x

oculair

Microscopie

Oculair vergroot 10 x

Objectieven

• rood 4 x
  
• geel 10 x
  
• blauw 40 x
  

De vergroting is oculair x objectief

Verschillende vergrotingen 

Aangeduid op de lens met een kleurtje

• Rood vergroot 40x
• Geel vergroot 100 x
• Blauw vergroot 400 x

Vergroting berekenen

Oculair X Objectief

Oculair = 10x, Objectief = 400x
Hoeveel is de vergroting?

1. 10
2. 100
3. 400
4. 4000

Een preparaat maken

preparaat maken

Preparaat maken

Onderdelen microscoop

Eens bekijken

We pakken er eens een microscoop bij....

& quiz vragen

Jasmijn kijkt door haar microscoop. Haar oculair vergroot 10x en haar objectief 4x. Hoe vaak is haar beeld vergroot?

1. 4x
2. 10x
3. 40x
4. 400x

Waarmee stel je de microscoop scherp

1. Eerst met de kleine schroef en dan met de grote schroef
2. Alleen met de grote schroef
3. Alleen met de kleine schroef
4. Eerste met de grote schroef en dan met de kleine schroef

Wat doe je met een objectglas?

1. Daar haal je een voorwerp van af om te bekijken.
2. Daar leg je het voorwerp op wat je wilt gaan bekijken.
3. Het objectglas is het gaatje in de tafel van de microscoop.
4. Het objectglas leg je over het voorwerp heen.

Hoe heet het voorwerp wat je onder de microscoop gaat bekijken?

1. Het preparaat
2. Het dekglas
3. Het voorwerp glas
4. Een blad

Waarvoor dient het oculair van een microscoop?

1. Hier vergroot je het preparaat
2. Hiermee stel je scherp
3. Hier pak je de microscoop vast
4. Hiermee regel je de hoeveelheid licht

met welk onderdeel kunnen we licht regelen bij microscoop

1. objectief
2. grote schroef
3. diafragma
4. revolver

Waarvoor is de revolver?

1. Om mee te schieten.
2. Om te wisselen van lens sterkte
3. Om te wisselen van oculair
4. Om te draaien met de microscoop.

Met welk onderdeel van de microscoop draai je een ander objectief met een grotere vergroting voor?

1. Oculair
2. Revolver
3. Tubus
4. Tafel

Zelfstandig werken

Maak de opgaven bij 2.3 De Microscoop digitaal

Huiswerk

Lees in je boek bladzijde 92 t/m 95

Maak in je boek opdracht 1 t/m 4

SO inplannen Bas 1 t/m 4