2025-02-28 Dermatica

2023-06-19 Dermatica
Dermatica
1 / 47
suivant
Slide 1: Diapositive
BSP apothekersassistentenMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 47 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

2023-06-19 Dermatica
Dermatica

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Regels voor succes:

-  Je bent op tijd in de les.
- Je zorgt dat je de benodigde lesmaterialen bij je hebt           laptop mee
- Je telefoon staat op stil en zit in je tas
- Je tas staat op de grond. 
- Je hebt respect voor jouw medestudenten en docent
- Er wordt niet gegeten of gedronken in het lokaal
anders pas ik even op je telefoon 

Slide 2 - Diapositive

De gouden regels.


Programma & Lesdoelen
- Korte terugblik veilig werken
- Zelf op onderzoek uit over dermatica
- Bespreken opdracht
- Lesevaluatie

Lesdoelen:
- Ik ken de indeling van de verschillende dermatica
- Ik kan de bestanddelen van de een recept benoemen. 
- Ik weet op welke wijze een dermatisch recept bereid dient te worden



Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

KD = Kwalificatiedossier
Kerntaak 1 Voert geïndividualiseerde farmaceutische patiëntenzorg uit
W1 - Neemt de zorgvraag aan
W2 - Voert medicatiebewaking uit
W3 - Verzorgt uitgifte van medicijnen
W4 - Geeft instructie over medicatiegebruik
W5 - Verwerkt patiëntgerelateerde informatie en administratie
Kerntaak 2 Verleent niet-receptgestuurde zorg aan de patiënt
W1 - Adviseert over gezondheid en preventie
W2 - Geeft zelfzorgadvies
Kerntaak 3 Biedt productzorg
W1 - Stelt voorgeschreven geneesmiddelen beschikbaar
W2 - Stelt op maat gemaakte geneesmiddelen beschikbaar
W3 - Zorgt voor logistiek en beheer
Kerntaak 4 Werken aan kwaliteit en deskundigheid
W1 - Werkt aan de eigen deskundigheid
W2 - Werkt aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
W3 - Werkt multidisciplinair samen en stemt werkzaamheden af
KD = Kwalificatiedossier

Slide 4 - Diapositive

Welke kerntaak werken wij aan, wat moet je daarvoor leren? 
Hoe kom je dit tegen in stage?
Hfst. 7 -Dermatica

Hfst. 5 - Basishandelingen
Hfst. 6 - Werkzame stoffen
Hfst. 7 - Hulpstoffen
Hfst. 12 - Dermatica

Slide 5 - Diapositive

Hfst. 5 - Basishandelingen
Hfst. 6 - Werkzame stoffen
Hfst. 7 - Hulpstoffen
Hfst. 12 - Dermatica
Hfst. 13 - Houdbaarheid algemeen
Hfst. 14 - Ontvangen, bewaren en vervoeren
Hfst. 15 - Gebruiksadviezen
Hfst. 16 - Retourgeneesmiddelen
Welke onderstaande zin hoort tot de P-zinnen?
A
Is irriterend voor de ogen
B
Zeer licht ontvlambaar
C
Etsende/bijtende stof
D
Draag een mondmasker en handschoenen

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Er wordt gekozen om een product niet zelf te bereiden in de apotheek i.v.m. de risico's. Waar spreken we hier van?
A
Bronmaatregelen
B
Afscherming
C
Persoonlijke beschermingsmaat-regelen
D
Ventilatiemaatregelen

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar vind je de algemene informatie over een bereiding?
A
FNA
B
KNMP Kennisbank
C
Informatorium Medicamentorum
D
LNA - procedures

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aqua Communis is......
A
kraanwater
B
steriel water
C
water voor injectie
D
water zonder mineralen

Slide 9 - Quiz

Water van goed microbiologische kwaliteit = arm aan m.o.
Er is verschil tussen chemische en microbiologische kwaliteit. Voorbeelden van goede microbiologische kwaliteit:
- goed doorstromend water
- gezuiverd water dat voor gebruik is gekookt of gefiltreerd door membraanfilter
- vers gedestilleerd water. 

Het bepalen van het gewicht van een verpakking of gebruiksvoorwerp noem je.......
A
kalibreren
B
communiceren
C
tarreren
D
deleten

Slide 10 - Quiz

Op een elektronische balans kun je het gewicht van de verpakking uitschakelen door na de weging van de verpakking de balans weer op nul te zetten. 
Tabletten worden bewaard op een droge plaats bij kamertemperatuur. Wat versta je onder kamertemperatuur?
A
20 - 30 graden Celsius
B
15 - 25 graden Celsius
C
0 - 25 graden Celsius
D
10 - 25 graden Celsius

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De keuze van een toedieningsvorm is afhankelijk van .....
A
de patiënt
B
het geneesmiddel
C
de aandoening
D
Zowel A, B en C zijn juist

Slide 12 - Quiz

Zalf/crème/ /smeersel/lotion
Dermatica

Slide 13 - Carte mentale

Wat weet je ervan? 
Waar let je op?
Welke vormen van dermatica zijn er?
Wat zijn de verschillen tussen de verschillende vormen?


-
Medicatiebewaking
Drs. L. Smeer, dermatoloog
Horizonlaan 44
Alkmaar                                                   27-02-2025
R/
        TCA      6  mg
        Salicylzuur   150 mg
        Vaselinelanettecrème  ad 60 gram

       S.    2  dd aanbrengen op de hoofdhuid, 
     na  één week afbouwen naar 1 maal per dag. 


Mvr. L.  Anrtz
Zuiderzeeweg 26
03-04-80
- Wat valt je op aan dit recept? 
- Wat is de werking van deze stoffen?
- Wat lever je af?
- Controleer het etiket, welke stickers dien je erbij te plakken?  (Welke percentages moeten er op het etiket staan?)


Apotheek Examenstad R.O.C Horizon, apotheker
Kruseman van Eltenweg 4, 1800 AB Alkmaar tel. 072-5476828 
--------------------------------------------------------------
28-02-2025               V/03-04-1980                 AG007789/HA
Mevr. L. Artnz
 2 maal per dag dun aanbrengen op de hoofdhuid, na 1 week afbouwen naar 1 maal per dag aanbrengen.
Triamcinolonacetaat  ?% Salicylzuur ?% in .......
Historie:

Slide 14 - Diapositive

- Paraaf arts ontbreekt
- Hoofdhuid is meestal behaard, dus geen vaselinelannette crème

Kortom je hebt dus kennis nodig over de bereidingswijze van dermatica wil je dit goed kunnen beoordelen. 
Opdracht
- Zoek de verschillende dermatica vormen op en zoek uit waarvoor je welke vormen gebruikt.
- Op welke manieren kunnen werkzame stoffen verwerkt worden in dermatica?
- Wat is het verschil tussen een crème, zalf en vloeibare dermatica?
- Welke kwaliteitseisen gelden er voor dermatica?


- Zoek het voorschrift van Triamcinolonsalicylzuursmeersel 0,1%/5% op en bestudeer het voorschrift. 
1) Zoek uit wat de werkzame bestanddelen en welke de hulpmiddelen zijn. 
2) Welke gebruiksinstructie en bewaarinstructies geef je mee 

Slide 15 - Diapositive

Zelf de theorie bestuderen uit het boek, je mag altijd vragen stellen. 
Welke basis vind jij prettiger op je handen, een zalf of een crème ?
Crème
Zalf

Slide 16 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Vormen van dermatica

Slide 17 - Carte mentale

Er zijn 


Slide 18 - Diapositive

In je boek worden er 8 genoemd (conspergens niet). Wel weer in tabel 12.1.

Slide 19 - Diapositive

Indifferente crèmes en zalven
Droge huid ->veel vet -> sluit af waardoor het vocht niet kan verdampen en de huid gehydrateerder wordt
Natte huid ->veel water -> verdampt en neemt dan vocht uit de huid mee -> is indrogend 

Slide 20 - Diapositive

Natte huid→ veel water dat verdampt en neemt dan vocht mee uit de huid.
Droge huid→ sluit de huid af, vocht kan daardoor niet verdampen, hydrateert op die manier de huid. Over het algemeen: nat met nat en droog met droog behandelen.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Op welke manier worden werkzame bestanddelen toegevoegd aan dermatica?

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Dispergeren is het afwrijven van een stof=stof fijn verdelen, vooraf fijngemaakt. Stoffen die niet/ onvoldoende oplossen = dispergeren (fijngemaakt). Deeltjesgrootte 90 of gemicroniseerd anders vooraf fijnwrijven.

Slide 24 - Diapositive

constituentia= basis

Slide 25 - Diapositive

Vaste vetten → lipofiele stoffen.
Vaak hebben FNA preparaten een combinatie van deze stoffen.

Slide 26 - Diapositive

Drie manieren om farmacon toe te voegen: oplossen, mengen en afwrijven.

Slide 27 - Diapositive

Let goed op wat er op het recept staat, bijv. basis voor
Bereidingsprotocol uitprinten in Protype. In het FNA staat beschreven op welke wijze je stoffen kunt toevoegen.

Waar zou jij een zalf in verpakken ?

Zorg dat je je antwoord kunt motiveren, weten waarom het zo is. 

A
fles
B
pot
C
tube
D
afhankelijk van de zalf

Slide 28 - Quiz

Voor FNA kijk verpakking.
Afhankelijk van de basis.
Welke voordelen heeft een tube boven een pot? 
Houdbaarheid, indroging en kans op overgebruik. 

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Diapositive

lange lipofiele staart met een hydrofiel hoofd.

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Diapositive

O/W kan verdund worden met water (laatstgenoemde is de buitenste fase)
W/O kan verdund worden met olie of vet.
Cetiol V→ goed smeerbaar
Sorbinezuur→ conserveermiddel
Sorbitol→ gaat de uitdroging van crème tegen

Slide 34 - Diapositive

Boven een bepaalde concentratie breekt de emulsie bij verwerking van bepaalde stoffen, er ontstaan dan oliedruppels (bijv. alcohol, salicylzuur) zie tabel onverenigbaarheden

Waarom dien je crèmes te conserveren ?
Op welke manier worden crèmes en gels geconserveerd?
Welke andere hulpmiddelen worden er gebruikt om het uitdrogen tegen te gaan ?

Slide 35 - Question ouverte

Geef deze slide als uitzoek opdracht. 

Slide 36 - Diapositive

Vetten hoeven niet geconserveerd te worden→ bacteriën kunnen niet groeien in vetten.
Gezuiverd water bederft sneller dan kraanwater ivm het ontbreken van zouten die de bacteriegroei remmen.
Afleveren in tubes→ gaat bacteriegroei en indrogend effect tegen.
cetrimide→ zo mogelijk combineren met 0,1% dinatriumedetaat (antioxidant) , versterkt de werking.
Chloorhexidine-digluconaat→ onverenigbaar met carbomeer, neerslag ontstaat vaak pas na enige tijd.
Propyleenglycol→ in hogere concentraties kan huidirritatie voorkomen; vooral onder occlusie en in huidplooien.
Methylparahydroxybenzoaat en propylparahydroxybenzoaat zijn goed vetoplosbaar en daarom minder geschikt voor conservering van crèmes, echter wel voor gels en oplossingen. Kan overgevoeligheid op de huid geven,  Propylparahydroxybenzoaat wordt alleen in combinatie met methylparahydroxybenzoaat gebruikt; ze versterken elkaars werking.

Slide 37 - Diapositive

Decylis oleas (Cetiol V) zorgt voor een stabiele crème. 
Sorbitolum liquidum cristallisabile zorgt ervoor dat de crème niet uitdroogt. 

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 39 - Diapositive

Cetomacrogolzalf → bevat meer emulgator, daardoor beter geschikt voor toevoegingen dan koelzalf of cetomacrogolcrème met vaseline.
De basis voor cetomacrogolzalf en crème kan worden gebruikt bij balneotherapie= therapie voor een zeer droge huid.

Slide 40 - Diapositive

Cera Lanette SX=oude naam, de preparaten daarna vernoemd
De emulgator van Lanettecrème is stabieler dan die van cetomacrogolcrème. Bij Lanette II speciale bereiding in acht nemen, altijd eerst FNA raadplegen, daarna LNA procedures. In Protype gestandaardiseerd CBV, let wel op autorisatieparaaf.

Zoek op welke stoffen niet gemengd kunnen worden met Lanettecrème en Cetomacrogolcrème.

Slide 41 - Question ouverte

Crèmes met salicylzuur en Cetomacrogol zijn niet stabiel. We noemen dat ONVERENIGBAAR; ze kunnen niet samen!

Slide 42 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 43 - Diapositive

Trometamol toegevoegd aan carbomeer (zout, reageert zuur) om de ph te neutraliseren.
Met aminen neutraliseert carbomeer ook→alcoholgel.
Gels toegepast op natten en of jeukende huidaandoeningen, kan ook op behaarde hoofdhuid. Indrogend effect dus niet op droge (hoofd)huid.

Welke kwaliteitseisen gelden er voor dermatica ?

Slide 44 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 45 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke bewaartermijnen gelden er voor dermatica ?

Slide 46 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


Welke vragen heb jij nog over dermatica ?

Slide 47 - Question ouverte

  • Weet jij welke stappen je moet ondernemen voordat je een recept naar de bereidingsapotheek doorstuurt?
  • Kun jij een FNA voorschrift lezen, snap je wat er staat, herken je de grondstoffen? 
  • Kun jij een etiket controleren op juistheid. Omrekenen van mg/g naar % ?