Les Duits - Nederlands contrastief

1 / 46
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 46 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Leerdoel:
Vandaag leren wij de goede uitspraak van elkaar.

We leren over valse vrienden.


Slide 3 - Diapositive

Handige uitdrukkingen en Anredeformen

du = jij / je
Sie = u

Slide 4 - Diapositive

Wat kun je zeggen als je elkaar niet verstaat?

Slide 5 - Carte mentale

goedemorgen
goeiedag
hallo
Hoe gaat het?
goedenavond
gutenabend
Wie geht es?
gutenmorgen
hallo
gutentag

Slide 6 - Question de remorquage

Slide 7 - Diapositive

Schrijf 3 letters op die echt heel anders worden uitgesproken

Slide 8 - Carte mentale

Slide 9 - Diapositive


Nu gaan we het elkaar moeilijker maken!

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Eichhörnchen

Slide 12 - Diapositive

kauwgompje

Slide 13 - Diapositive

ein bisschen

Slide 14 - Diapositive

schommelen

Slide 15 - Diapositive

Muttersprache

Slide 16 - Diapositive

raar

Slide 17 - Diapositive

Mädchen

Slide 18 - Diapositive

gegeven

Slide 19 - Diapositive

Zahnspange
Entzündung

Slide 20 - Diapositive

ui
uileballetje
buikschuiver

Slide 21 - Diapositive

Und jetzt echt schwierig!
1.        Zehn zahme Ziegen ziehen zehn Zentner Zement
                  zum Zahnarzt, zum Zementieren zerbrochener Zähne.
2.      Machen Drachen nachts echt  noch freche Sachen,
               oder lachen Drachen Mittwochs acht freche Lacher?

3.        Wat ruist daar door het struikgewas?
4.        Als kakkerlakken in kattenbakken kakken heb je kattenbakken vol            
                 kakkerlakken kak

Slide 22 - Diapositive

Doorgeefspelletje
Jullie gaan een zin doorgeven.
Kun jij duidelijk fluisteren, zodat jouw zin goed aan de andere kant van het lokaal terechtkomt?

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Carte mentale

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Zeit

Zeitung

Zufrieden


Zurück

Zukunft


Zelt

Zahn




Zeigen

Zufall




Hier zie je enkele Duitse woorden,
die beginnen met Z.
Met welke letter begint de Nederlandse vertaling meestal?

Slide 30 - Carte mentale

Valse vrienden
Heel veel woorden zijn in het Duits en het Nederlands exact hetzelfde,

maar...
sommige woorden zijn
valse vrienden!


Tekst

Slide 31 - Diapositive

bellen
A
betekent hetzelfde
B
valse vriend

Slide 32 - Quiz

gekocht
A
betekent hetzelfde
B
valse vriend

Slide 33 - Quiz

op het terras
- bestellen
valse vriend of niet?
- spa rood
hoe bestel je dat in het Duits?
- fooi:
laat maar zitten/ lass mal sitzen

Slide 34 - Diapositive

eerlijk - ehrlich
A
betekent hetzelfde
B
valse vriend

Slide 35 - Quiz

meer - Meer
A
betekent hetzelfde
B
valse vriend

Slide 36 - Quiz

meer - mehr
A
betekent hetzelfde
B
valse vriend

Slide 37 - Quiz

leer - lehr
A
betekent hetzelfde
B
valse vriend

Slide 38 - Quiz

spannend
A
betekent hetzelfde
B
valse vriend

Slide 39 - Quiz

vlieger - Flieger
A
betekent hetzelfde
B
valse vriend

Slide 40 - Quiz

deftig
A
betekent hetzelfde
B
valse vriend

Slide 41 - Quiz

rijk - reich
A
betekent hetzelfde
B
valse vriend

Slide 42 - Quiz

slim - schlimm
A
betekent hetzelfde
B
valse vriend

Slide 43 - Quiz

Dankeschön!

Heb jij het leerdoel gehaald?

Hoe vond je deze proefles? Vul de poll in!

Slide 44 - Diapositive

Hoe vond je deze proefles?
😒🙁😐🙂😃

Slide 45 - Sondage

Tschüss und Dankeschön!

Slide 46 - Diapositive